Aflezing
Voor elke aflezing klopt men altijd licht op het glas. Daarbij vindt een geringe
wrijving van de barometer plaats, die de tendens van de luchtdrukwijziging
herkent. Men heeft echter betere vergelijkingsmogelijkheden als men de nas-
telwijzer elke keer na de aflezing afdekt met de apparaatwijzer.
Weerregels:
1.
Bij een luchtdruk van 1020 hPa (765 Torr) en hoger kan men rekenen op
rustig en droog weer, waarbij het weer bestendig wordt als de luchtdruk
hoger wordt. In de zomer is het overwegend heter en warm, in de winter
heerst helder vorstweer. Bij een hogere luchtvochtigheid en westelijke
wind is echter ook nevel (vooral in de winter) en regen mogelijk.
2.
Bij een langzame en continue stijging kan een weersverbetering worden
verwacht, terwijl een langzame daling op een verslechtering duidt.
3.
Een snelle stijging bij onbestendig weer wordt meestal afgelost door een
snelle daling en dit betekent een voortzetting van de onbestendigheid met
afwisselend bewolking, onstuimige wind en regenbuien.
4.
In de winter duidt een stijgende luchtdruk op vorst, en een dalende druk op
afname van de vorst en dooi.
5.
Luchtdrukwaarden van 1000 hPa (750 Torr) en lager duiden meestal op
sterke bewolking en neerslag. Als de luchtdruk onder 1000 hPa zakt, moet
men met sterke wind of storm rekening houden.
6.
In de zomer kondigt een snelle daling van de luchtdruk bij hitte onweer
aan.
Temperatuur en vochtigheid in de woonruimte
Kamerbarometers zijn meestal gecombineerd met thermometers en hygro-
meters. Deze beide apparaten zijn meetinstrumenten voor het klimaat in de
woonruimte. Het behaaglijkheidsgebied ligt tussen 18 en 22 °C en 45 tot 70 %
relatieve vochtigheid. De schommelingen in de luchtvochtigheid in de woon-
ruimte zijn meestal erg gering, toch zakt de vochtigheid in de winter normaal
gesproken naar 25 tot 40 % relatieve luchtvochtigheid (vooral in ruimtes met
centrale verwarming), wat tot het grote verschil tussen de temperatuur in de
woonruimte en de temperatuur buiten kan worden terug geleid. De lucht is dan
te droog en het vochtigheidsgehalte moet met behulp van luchtbevochtigers
worden verhoogd.