Afb. D
Afb. E
Stofbak en fi lterinzetten reinigen
Filterinzet, Motorveiligheidsfi lter
•
Korte reiniging: klop of borstel de fi lters uit om verontreini-
gingen te verwijderen. Wij adviseren de korte reiniging bij
iedere lediging van de stofbak uit te voeren.
•
Handwas: bij hardnekkige verontreinigingen adviseren wij
een handwas tot 40°C uit te voeren.
OPGELET:
Deze reiniging dient u in ieder geval uit te voeren wanneer het
zuigvermogen van het apparaat afneemt!
OPMERKING:
•
Laat de fi lter alléén aan de lucht drogen.
•
Zet het bedrijf alléén voort met gedroogde fi lters.
Uitlaatfi lter (13)
Uw apparaat beschikt tevens over een uitlaatfi lter.
•
Om een optimale werking van alle functies te waarborgen,
adviseren wij u, de fi lter om de 6 maanden te reinigen.
•
De fi lter bevindt zich aan de bovenkant van het apparaat
onder een ventilatierooster.
•
Trek aan de knop om het rooster te openen.
10
05-BS 1257 10
(zie afb. D)
•
Open de klemmen op het
deksel (b) om hem van de
stofbak (a) los te maken.
•
Draai de fi lterinzet (c) met
een korte slag linksom om
hem los te maken van het
deksel (b).
Motorveiligheidsfi lter (d)
•
De motorbeveiligingsfi lter
vindt u in het stofvak.
•
De fi lter is verticaal in het
achterste gedeelte van het
stofvak aangebracht. Trek de
fi lter naar boven uit (zie afb.
E).
•
Leeg altijd eerst de stofbak.
•
U kunt de stofbak na het
gebruik met schoon water
uitspoelen.
•
U kunt verontreinigingen in
de bak verwijderen met een
spons of een nylonborstel.
•
Haal het rooster naar boven toe los.
•
Verwijder de fi lter en reinig deze zoals eerder beschreven.
•
Plaats de fi lter weer terug.
Reinigen en bewaren
Reinigen
•
Trek vóór de reiniging eerst de netsteker uit de contactdoos!
•
Reinig de buitenkant met een droge doek.
Bewaren
•
Laat het apparaat volledig afkoelen.
•
Rol de kabel volledig op.
•
Steek de haak van het mondstuk opzij aan het apparaat in
de parkeerhulp (8).
Verhelpen van storingen
•
Apparaat functioneert niet.
Maatregel:
Controleer de netaansluiting.
Controleer de stand van de schakelaar.
•
Apparaat zuigt niet.
Mogelijk oorzaak:
Het zuigvermogen is te laag ingesteld.
Maatregel:
Controleer de positie van de regelaar.
Mogelijk oorzaak:
De stofzak is vol.
Maatregel:
Vervang de stofzak.
of
Mogelijk oorzaak:
De stofbak of de fi lters zijn verontreinigd.
Maatregel:
Leeg resp. reinig de onderdelen.
Mogelijk oorzaak:
In de zuigerslang of de mondstukken bevindt zich een
vreemd voorwerp.
Maatregel:
Controleer het toebehoren op vreemde voorwerpen.
OPMERKING:
Neem deze belangrijke aanwijzing in acht!
•
De reiniging kan al naargelang de toepassingsvoorwaarden
bijv. bij het zuigen van fi jnstof, ook al vroeger nodig zijn.
•
Wanneer het zuigvermogen van uw stofzuiger minder
wordt, reinigt u de fi lters zoals beschreven.
•
Wanneer het zuigvermogen tijdens het bedrijf plotseling
minder wordt, kan dit het gevolg zijn van een verstopte
fi lter.
04.05.2007, 12:37:21 Uhr