De gebruiksaanwijzing voortdurend bij de hand
aan de inzetplaats van de machines bewaren!
5. Voor ingebruikname
Montage van de beschermings kap (afb.12, 3 + 4)
Plaats de veiligheidsafdekking (9) dusdanig in de op-
name van de behuizing (6) dat de 2 houders op de vei-
ligheidsafdekking in de desbetreffende opname passen
(afb. 2). Bevestig vervolgens de veiligheidsafdekking
met de meegeleverde schroef op de behuizing (afb. 3).
Pas op: De Beschermingskap blijft daardoor altijd vast
op de trimmer zitten. Het apparaat- de trimmer- mag
nooit zonder de beschermingskap worden gebruikt.
Voorzichtig: risico op verwondingen door het
afsnijmes (afb.4).
Monteren van de extra greep (afb. 5, 6 en 7)
De extra greep (2) op de greephouder plaatsen en de
schroef indraaien. De houder op de gewenste hoogte
schuiven en de greep op een van de 5 mogelijke posities
instellen. Aansluitend de schroef vastdraaien.
Snijkruisaanduider/plantenbeschermbeugel (afb. 1)
De beugel (7) aan de voorzijde van de trimmer dient zo-
wel als plantenbeschermbeugel, maar ook als snijkruis-
aanduider: De snijdraad beweegt alleen binnen de leng-
te van de naar onder geklapte beugel. De trimmer kan
indien gewenst echter ook met omhoog geklapte beugel
worden gebruikt.
6. Extra greep, hoek en buislengte instel-
len
(afb. 8, 9 en 10)
Buislengte instellen (afb. 8)
De kunststofhulsen (4) rechtsom losdraaien. De pas-
sende buislengte instellen en de schroefhuls (4) linksom
weer vastschroeven
Instelling voor kanten snijden (afb. 9, 10 en 13)
De vergrendeling (3) voor het losmaken omhoog trekken
(afb. 9) - de greep kan nu met 180° worden gedraaid
(afb. 10). Aansluitend moet de vergrendeling weer naar
onderen toe vastklikken.
Met behulp van de plantenbeschermbeugel (7) als op-
legger, kunt u met deze instelling de kanten zuiver snij-
den (afb. 13).
7. Aansluiting
(afb. 11)
De apparaten kunnen allen aan een eenfase wissel-
stroom worden aangesloten. De machine zijn volgens
VDE 0700, klasse II en CEE 20 geisoleerd. Controleer
voor het ingebruikneming of de netspanning overeen-
komt met de op het type plaatje aangegeven spanning.
Minimale draaddiameter van de verlengkabel:
1,5 mm
•
Steek de netstekker in de contrasteker van de ver-
lengkabel.
•
Maak bij wijze van trekontlasting een lus in de ver-
lengkabel, steek deze door de opening in de hand-
greep en leg hem zijdelings over het uitsteeksel (10).
NL | Gebruiksaanwijzing
2
•
Haal na afloop van het werk de lus om het uitsteeksel
heen en trek hem uit de handgreep.
8. In-, uitschakelen
Om met uw strimmer te werken:
•
Neem een veilige houding aan.
•
Houd het apparaat vast .
•
Ga rechtop staan. Houd het apparaat ontspannen
vast.
•
Plaats de snijkop niet op de grond.
•
Druk de schakelaar (1) in.
•
Laat de schakelaar (1) weer los om het apparaat uit
te schakelen.
9. Gazon strimmen
•
Beweeg de strimmer op kleine gazons gelijkmatig
heen en weer. De strimmer is niet geschikt voor het
maaien van grotere oppervlakken.
•
Maai bij voorkeur met de linkerhelft; gemaaid gras,
stof,losgeraakte stenen e.d. worden dan naar voren
weggeslingerd, van de gebruiker vandaan.
•
Het beste snijdt u wanneer het apparaat onder een
hoek van 30° naar links gehouden wordt.
10. Snijdraad automatisch verlengen
Bij elke uitschakeling van de trimmer wordt de snijdraad
(11) automatisch een stuk langer. Bij het opnieuw inscha-
kelen wordt de draad door het snijmes op de veiligheids-
afdekking hoorbaar op de juiste lengte afgesneden. De
motor draait nu op volle snelheid.
Als het snijden van de draad niet hoorbaar is, was de
draadaanvoer niet voldoende. Om de draad verder te
verlengen, is het noodzakelijk om de trimmer volledig
te stoppen en opnieuw te starten om het max. toerental
van de motor te kunnen bereiken. Herhaal de procedure
eventueel meerdere keren tot de draad hoorbaar op de
juiste lengte wordt afgesneden. (Deze procedure mag
niet meer dan 4 keer worden herhaald).
Let op: afsnijmes van grasresten ontdoen, opdat het
maairesultaat niet negatief beïnvloed wordt.
Voorzichtig: risico op verwondingen door het afsnijmes.
11. Snijdraad handmatig verlengen
Indien nodig kan de snijdraad (11) handmatig worden
verlengd.
Druk hiertoe de vergrendeling van de centrifugaal kracht
(17) in en trek een draad tot aan de snijmes. Trek ver-
volgens een tweede draad op de juiste lengte. Hiertoe
hoeft de vergrendeling van de centrifugaal kracht (17)
niet meer worden ingedrukt.
Als de snijdraad te ver werd uitgetrokken, drukt u de ver-
grendelingen (13) van de snijkopdeksel (12) weer in en
verwijdert u deze. Aansluitend drukt u de draadspoel (14)
omlaag en draait u deze rechtsom om de draad op de
gewenste lengte in te stellen. Vervolgens de snijkopdek-
sel (12) weer terugplaatsen. Beide vergrendelingen (13)
moeten juist vastklinken.
NL-5
(afb. 11)
(afb. 12)