Télécharger Imprimer la page

Leica VARIO-ELMARIT-SL 1:2.8-4/24-90 ASPH. Notice D'utilisation page 40

Publicité

Les langues disponibles
  • FR

Les langues disponibles

  • FRANÇAIS, page 25
NL
FOTOGRAFEREN MET DE BELICHTINGSAUTOMATEN EN MET HANDMATIGE
INSTELLING VAN SLUITERTIJD EN DIAFRAGMA
De Leica Vario-Elmarit-SL 1:2,8-4/24-90mm ASPH. heeft een veranderlijke lichtsterkte, d.w.z. de
effectieve diafragmaopening varieert afhankelijk van de ingestelde brandpuntsafstand. Is bijvoorbeeld
bij 24 mm diafragma 2,8 ingesteld, dan komt de opening overeen met de weergegeven waarde. Bij
langere brandpuntsafstanden wordt de daadwerkelijke opening kleiner, en bij 90mm geldt uiteindelijk
de ook in de naam van het objectief vastgehouden tweede waarde 4. Dankzij de lichtmeting door het
objectief wordt bij alle belichtingsmodi altijd de juiste lichthoeveelheid gemeten. Om echter verkeerde
belichtingen te vermijden moet het gewenste beeldfragment (brandpuntsafstand keuze) voor de latere
opname voor het opslaan van de gemeten waarde of het wijzigen van de sluitertijd/ diafragmacombi-
natie worden bepaald. Dit geldt ook voor de flitsmodus met handmatige instelling van de vermogens-
afgifte of computerregeling aan het flitsapparaat. In beide gevallen moet de instelling van het
diafragma aan het flitsapparaat telkens met de werkelijke diafragmaopening overeenkomen.
Daarentegen wordt bij het gebruik van een systeemflitsapparaat en de TTL-flitsbelichtingsregeling de
daadwerkelijke diafragmaopening automatisch overgebracht, zodat de juiste belichting altijd
gegarandeerd is.
TEGENLICHTKAP
De Leica Vario-Elmarit-SL 1:2,8-4/24-90mm ASPH. wordt met een optimaal op de lichtbundel
afgestemde tegenlichtkap
geleverd. Deze kan dankzij het symmetrische bajonet snel en eenvoudig,
1
en voor de ruimtebesparende opslag ook omgekeerd, worden geplaatst. In beide gevallen wordt het,
bij verwijderde objectiefkap, eerst zo geplaatst, dat één van de indexpunten op de tegenlichtkap
2b
precies tegenover het indexpunt aan de frontgreep van het objectief
staat. In deze uitlijning wordt
1a
de tegenlichtkap geplaatst, en ca. 30° met de klok mee gedraaid tot het duidelijk hoorbaar en
merkbaar vastklikt. Zolang de camera paraat wordt gedragen en gebruikt, moet de tegenlichtkap altijd
geplaatst blijven. Deze beschermt effectief tegen secundair licht dat het contrast vermindert, maar
ook tegen beschadiging en vervuiling van de frontlens zoals vingerafdrukken.
36

Publicité

loading