•
De werking van de lastrem dient iedere keer dat een last wordt gehesen te worden gecontroleerd door de last
enigszins te heffen en te stoppen om er zeker van te zijn dat de rem de last kan houden alvorens de last verder te
hijsen.
Zorg dat operators en mensen die verantwoordelijk zijn voor de installatie en het onderhoud van de takel, bekend zijn met
alle toepasselijke technische gegevens, voordat het apparaat in bedrijf wordt gesteld. Er dient aan alle vereisten van deze
technische gegevens, waaronder de proeven, te worden voldaan, voordat de takel goedgekeurd wordt voor bedrijf.
De vier belangrijkste aspecten van takelbediening zijn:
1.
Volg alle aanwijzingen betreffende veiligheid bij het bedienen van de takel.
2.
Laat alleen mensen de takel bedienen die opgeleid zijn in veiligheid en het bedienen van de takel.
3.
Voer een regelmatige inspectie en onderhoud van alle takels uit.
4.
Wees u te allen tijde bewust van het vermogen van de takel en het gewicht van de last.
Bedien, inspecteer en onderhoud deze takel altijd in overeenstemming met alle toepasselijke veiligheidsvoorschriften.
•
De takel is niet ontworpen of geschikt voor het hijsen, neerlaten of verplaatsen van personen. Nooit lasten
boven mensen hijsen.
Bediening van de takel
Terwijl u naar de kant van de takel met handketting staat: De handketting naar rechts draaien om de last te hijsen. De
handketting naar links draaien om de last neer te laten.
Op 15 en 20 ton VL2 takels twee operators gebruiken, een voor elk van de twee handkettingen. Om de lastketting in het
midden van het blok te houden, de takels gelijktijdig en met dezelfde snelheid bedienen. Er moet een gelijke hoeveelheid
onbelaste ketting onder elk takellichaam worden gehouden.
•
Zorg dat de lastketting op 15 en 20 ton VL2 takels niet aan één kant (onder één takellichaam) wordt opgehoopt.
Overmatige belasting van het anker van de lastketting kan optreden waardoor een last kan vallen en ernstige of
dodelijke verwondingen of materiële schade kan veroorzaken.
•
Het klikkende geluid van de pal op de palinrichting is normaal bij het hijsen van een last.
Opslaan van de takel
1.
Sla de takel altijd onbelast op.
2.
Veeg alle vuil en water van de takel af en hang hem op een droge plaats op.
3.
Smeer de ketting, haakpennen en veiligheidskleppennen.
4.
Volg, alvorens de takel weer in bedrijf te stellen, de aanwijzingen in het gedeelte "INSPECTIE" op voor takels die
niet regelmatig worden gebruikt.
Frequente en periodieke inspecties moeten worden uitgevoerd op materieel dat regelmatig wordt gebruikt. Frequente
inspecties bestaan uit visuele inspecties die door operators of onderhoudspersoneel worden uitgevoerd tijdens het normale
gebruik van de takel. Periodieke inspecties zijn grondige inspecties die uitgevoerd worden door personeel dat opgeleid is
voor inspectie en onderhoud van de takel. Zorgvuldige inspectie op gezette tijden brengt mogelijk gevaarlijke
omstandigheden aan het licht, terwijl deze nog in een vroeg stadium verkeren, waardoor problemen verholpen kunnen
worden voordat ze een gevaar vormen.
Gebreken die tijdens de inspectie aan het licht komen of die tijdens de bediening opgemerkt worden, dienen gerapporteerd
te worden aan een daartoe aangewezen persoon. Er dient bepaald te worden of het gebrek de veiligheid in gevaar brengt
voordat de takel weer wordt gebruikt.
OPMERKING
BEDIENING
WAARSCHUWING
WAARSCHUWING
OPMERKING
INSPECTIE
NL-4