De ruimte waarin het apparaat staat, mag niet te warm zijn en moet droog, stof-
vrij en goed geventileerd zijn.
Zorg ervoor dat de lucht rondom het apparaat vrij kan circuleren.
Als u de deur gedurende langere tijd open laat staan, kan de temperatuur in de
verschillende gedeelten van het apparaat aanzienlijk stijgen. Open de deur maar
kort als u levensmiddelen in het apparaat plaatst of uit het apparaat haalt. Hoe
korter de deur openstaat, hoe minder koude ontsnapt en hoe minder energie
het apparaat verbruikt.
Stem de instelling van de thermostaat af op de hoeveelheid levensmiddelen die
zich in het apparaat bevindt.
Zorg ervoor dat de deurafdichtingen onbeschadigd zijn en dat de deuren goed
sluiten.
Als het koelapparaat langere tijd leeg staat, schakel het dan uit. Laat het ap-
paraat ontdooien, reinig het en maak het droog. Laat de deur openstaan om
schimmelvorming in het apparaat te voorkomen.
8.3. Aanbevolen temperatuurinstelling
Omgevingstemperatuur
Zomer (28-38 °C)
Normaal (22-28 °C)
Winter (16-22 °C)
Gevolgen voor het bewaren van levensmiddelen
Bij de aanbevolen instelling bedraagt de ideale bewaartijd in de koel-
kast niet langer dan 3 dagen.
De ideale bewaartijd kan bij andere instellingen korter zijn.
8.4. Levensmiddelen in het koelgedeelte bewaren
LET OP!
Mogelijke materiële schade!
Mogelijke beschadiging van de deurafdichting.
Kwetsbare oppervlakken: De kunststof onderdelen
en de deurafdichting mogen niet in aanraking ko-
men met olie en vet omdat de oppervlakken hier-
door poreus en broos kunnen worden.
Neem de volgende instructies in acht om besmetting (verontreiniging) van levens-
middelen te voorkomen:
Als u de deur gedurende langere tijd open laat staan, kan de temperatuur in de
verschillende gedeelten van het apparaat aanzienlijk stijgen.
96
Temperatuurinstelling
Instelling 2-3
Instelling 2-3
Instelling 1-2