Enders 284305 Manuel De Montage Et D'utilisation page 12

Gastro-braadpaN
284305
VI. Afvoergasgeleiding
Bij de apparaten gaat het om apparaten van bouwwijze A, d.w.z. er is geen aansluiting op een afvoergasinstallatie nodig.
Met betrekking tot de ventilatie van de opstellingsruimte verwijzen wij naar het DVGW werkblad G-634.
VII. Aanwijzing voor bedrijfsmatig gebruik
Conform BGV D34 (VBG 21) en TRF96 dienen bij bedrijfsmatig gebruik (bv. op jaarmarkten) een slangbreukbeveiliging
conform DIN 30 693 „Slangbreukbeveiligingen voor installaties met vloeibaar gas" (bv. Enders art.nr. 1515) en een
veiligheidsdrukregelaar met manometer (bv. Enders art.nr. 1150) te worden toegepast. Slangbreukbeveiliging en
veiligheidsdrukregelaar worden niet meegeleverd.
VIII. Inbedrijfstelling
Wij verzoeken u bij de inbedrijfstelling op het volgende te letten: niet gedurende vrij lange tijd zonder braadmateriaal op
vol vermogen gebruiken! Gebruik zonder braadrooster of grillpan is niet toegestaan! Tijdens het gebruik ontstaan hete
oppervlakken!
Ontsteking
De kraanknevel vanuit de 0-stand met 90° naar links draaien. Daarna de knevel indrukken en de linker verbrandingsbuis
ontsteken door de rode piëzo-ontsteker in te drukken. Na de ontsteking moet de kraanknevel nog ca. 10 seconden
ingedrukt blijven, opdat de ontstekingsbeveiliging wordt geactiveerd en de brander in bedrijf blijft. Als de vlam dooft,
mag pas op zijn vroegst na 2 minuten een nieuwe ontstekingspoging worden uitgevoerd. Als de linker brander in bedrijf
is, kunnen de resterende branders worden ontstoken door gewoon op de volgende kraanknevels te drukken.
ATTENTIE!
Als een brander wordt gebruikt, kan altijd alleen maar de aangrenzende brander worden ontstoken. Afhankelijk
van de behoefte kunnen de branders traploos worden geregeld door hen van het kleine naar het grote vlam-
symbool te draaien.
IX. Buiten bedrijf stellen
Bij buitenbedrijfstelling alle kraanknevels op de 0-stand zetten.
ATTENTIE!
Ingeval van storing apparaat zoals boven omschreven buiten bedrijf stellen en apparaataansluitarmatuur
sluiten of wanneer flessen worden gebruikt, flesventiel sluiten. (Gastoevoer onderbreken)
X. Gedrag bij storingen – maatregelen bij vrij lange onderbreking van gebruik
Als het apparaat vrij lang niet gebruikt wordt, dient het van de gastoevoer te worden ontkoppeld. Bij storingen dient
onmiddellijk de storingsdienst te worden geïnformeerd.
XI. Apparaatonderhoud en waarschuwingsinstructies
Als u het apparaat niet met een barbecueset, maar met een pan gebruikt, haal dan in elk geval de vetlade eruit, omdat
er anders schade aan het apparaat kan ontstaan!
Zorg er vóór de inbedrijfstelling voor dat het apparaat horizontaal staat!
De braadpannen nooit droog verwarmen! Niet-gecoate braadpannen na gebruik met een dunne laag plantenolie
inwrijven om corrosie te voorkomen.
Na het grillen moet u het rooster c.q. de pan in relatief warme staat met een zachte doek, warm water en in de handel
verkrijgbaar afwasmiddel reinigen. De vetopvangbak dient elke dag na gebruik in koude staat te worden geleegd en te
worden ontdaan van vetresten. Rvs onderdelen dienen met een in water of reinigingsmiddel geweekte doek te worden
gereinigd. Er mogen geen agressieve reinigingsmiddelen of reinigingsmiddelen met schuurdeeltjes worden gebruikt. Bij
sterke vervuiling adviseren wij om kunststof sponzen te gebruiken. Na het reinigen altijd met koud water afspoelen en
met een doek droogwrijven. De dagelijkse reiniging van het apparaat garandeert een lange levensduur.
ATTENTIE!
· Alle onderhoudswerkzaamheden dienen door een vakman te worden uitgevoerd.
· Het apparaat dient minimaal één maal per jaar door een vakman te worden gecontroleerd.
· Grillrooster nooit met aluminium folie afdekken, want gevaar voor oververhitting.
· Als het apparaat met grillpan wordt gebruikt, dienen de vetopvangbak en de vlamafdekking te worden
verwijderd.
NL
12