Trillingen
WAARSCHUWING!
►
Vermijd trillingsrisico's, bijv. het risico van "dode vingers" (doorbloe-
dingsstoornissen), door vaak werkpauzes te nemen waarin u zich bijv.
in de handen wrijft.
■
Draag altijd veiligheidshandschoenen en zorg voor warme handen.
■
Las regelmatig een pauze in tijdens de werkzaamheden.
Vóór de ingebruikname
Het apparaat in elkaar zetten (zie afb. A)
♦
Neem de beide slangklemmen 4 + 6 en schuif die over de uiteinden
van de flexibele buis 5.
♦
Schuif de grote opening van de flexibele buis 5 op de gebogen buis 3
en zet de slangklem 4 met behulp van de phillips schroevendraaier h
vast.
♦
Schuif de stuurstang 7 in de flexibele buis 5 en zet de slangklem 6
met behulp van de phillips schroevendraaier h vast.
♦
Draai eerst de bevestigingsschroeven s van de bedieningshendel 8
los.
♦
Schuif de bedieningshendel 8 op de geleiding van de stuurstang 7.
♦
Zet de bedieningshendel 8 vast met de meegeleverde bevestigings-
schroeven s en borgmoeren d.
♦
Schuif het buisverlengstuk q op de stuurstang 7.
Draai het buisverlengstuk q met de wijzers van de klok mee om het vast
te zetten (zie afb. A) en zet hem vast door de ingebrachte schroef aan te
draaien.
Voor een nog langere buis schuift u het tweede buisverlengstuk
het zojuist gemonteerde eerste buisverlengstuk q.
Draai het buisverlengstuk
vast te zetten (zie afb. A) en zet hem vast door de ingebrachte schroef
aan te draaien.
♦
Schuif de eindbuis waarmee u wilt werken, rond w of plat f op
het buisverlengstuk q of
van de klok mee te draaien (zie afb. A) en zet hem vast door de in-
gebrachte schroef aan te draaien.
OPMERKING
►
Hogere luchtsnelheid = platte staartpijp f
►
Normale luchtsnelheid = ronde uitlaat w
Demontage vindt in omgekeerde volgorde plaats.
│
NL │ BE
■
42
met de wijzers van de klok mee om het
en zet het vast door het met de wijzers
Brandstof mengen
De motor werkt op een mengsel van benzine en motorolie.
WAARSCHUWING!
►
Voorkom inademen van benzinedampen en direct contact tussen
benzine en de huid.
■
Gebruik uitsluitend een mengsel van loodvrije benzine (min. Euro 95)
en speciale 2-takt-motorolie (JASO FD/ISO-L-EGD). Maak de
mengsmering aan volgens de brandstofmengtabel.
■
Giet de juiste hoeveelheid benzine en 2-takt olie in de daarvoor
bestemde openingen in het meegeleverde mengbeker g (zie "Brand-
stofmengtabel").
■
Kantel de mengbeker g naar de zijkant, zodat de gevulde olie met de
benzine in de kamer kan stromen.
■
Schud de mengbeker g daarna goed.
Brandstofmengtabel
Mengprocedure: 40 delen benzine op 1 deel olie
Benzine
0,5 liter
Brandstof tanken
op
WAARSCHUWING!
►
Vul de tank uitsluiten met brandstof als de motor is uitgeschakeld en
afgekoeld. Er bestaat brandgevaar!
♦
Reinig altijd de omgeving van de tankdop u voor het vullen om te
voorkomen dat er vuil in de brandstoftank i terecht komt.
Gebruik daarvoor een droge, pluisvrije doek.
♦
Plaats het apparaat zodanig op een vlakke ondergrond, dat de
tankdop u omhoog gericht is.
♦
Draai de tankdop u tegen de wijzers van de klok in en neem hem
van de tank.
De tankdop u zit vast aan de tank en kan dus niet vallen.
♦
Vul het brandstofmengsel in de brandstoftank i met behulp van de
trechter j.
Giet het brandstofmengsel in de brandstoftank i. Mors bij het vullen
geen brandstof en vul de brandstoftank i niet tot aan de rand.
♦
Dep gemorste brandstof meteen op.
♦
Draai de tankdop u met de wijzers van de klok mee weer vast.
2-taktolie
12,5 ml
PBLG 52 A1