nld
Schakel de pomp in met de aan-uitschakelaar (5). Open het schroefdeksel (6)
aan de kunststof tank (3) en neem het weg, om de lucht uit het systeem te laten
ontsnappen. Controleer het vloeistofpeil in de kunststof tank en vul indien nodig
pompmedium bij, zodat er geen lucht in het zonne-energiecircuit terechtkomt.
Spoel het zonne-energiecircuit met het pompmedium. Controleer aan het
kijkglas van het fijnfilter (7) of via de grote opening van de kunststof tank (6) of
er nog luchtbellen in het pompmedium zijn. Ga door met het spoelproces tot
zich geen lucht meer in het pompmedium bevindt.
Sluit de druk- en retourleiding van beide pompen niet langer dan 60 s, omdat
de pompen anders te warm lopen en beschadigd worden.
Schakel na de beëindiging van het vul- en spoelproces de pomp (5) uit. Sluit
de kogelkranen aan de zonne-energie-installatie, open de verbindingsklep
tussen de beide kogelkranen van de zonne-energie-installatie. Sluit de kogelkraan
(4). Bij ROLLER'S Solar-Control I 80 dient de druk in de drukleiding te worden
afgebouwd door de drukontlastingsklep (8) te openen. Bij ROLLER'S Solar-
Control K60 dient de druk in de drukleiding te worden afgebouwd door het
kijkglas aan het fijnfilter (7) iets los te schroeven. De drukontlastingsklep (8) is
als toebehoren bij ROLLER'S Solar-Control K 60 leverbaar.
VOORZICHTIG
Gevaar voor verbranding bij hoge temperatuur van de pompmedia. Vul
de installatie uitsluitend in koude toestand, dek indien nodig de zonnecollectoren
af.
Schroef de druk- en retourleiding eerst aan de vul- en spoeleenheid los. Verbind
open slanguiteinden met een verbindingsstuk, bijv. dubbele nippel ¾", om
druppelen of uitlopen van pompmedium tijdens het transport te voorkomen.
LET OP
Voorkom milieuschade door uitlopend pompmedium. Weglopend pomp-
medium moet direct worden opgevangen en volgens de geldende nationale
voorschriften worden verwijderd.
Voor het spoelen van sterk verontreinigde installaties, bijv. vloerverwar-
mingen, en voor het verwijderen van aanslag, dient de fijnfiltereenheid met
groot vuilreservoir (toebehoren) (zie 2.4.) of het schroefdeksel met retouraan-
sluiting ¾" en fijnfilterzak 70 μm (toebehoren) (zie 2.3.) te worden gebruikt.
5. Storingen
WAARSCHUWING
Voordat een storing van de elektrische vul- en spoeleenheid wordt verholpen, moet de aan-uitschakelaar (5) worden uitgeschakeld en de netstekker worden
uitgetrokken!
5.1. Storing: De pomp zuigt niet aan of loopt niet.
Oorzaak:
● Ongeschikt pompmedium.
● Zuigleiding ondicht.
● Zuigleiding of fijnfilter verstopt.
● Drukslang is verstopt.
● Kogelkraan (4) is gesloten.
● Kunststof tank (3) is leeg.
● Lucht in de pomp (alleen bij Solar-Control K 60).
● Pomp zit vast (alleen bij Solar-Control K 60).
● Aansluitleiding defect.
● Pomp/motor defect.
5.2. Storing: Pomp bouwt geen druk op of pompt het medium niet.
Oorzaak:
● Opvoerhoogte overschreden.
● Ongeschikt pompmedium.
● Kogelkranen/verbindingsklep van de zonne-energie-installatie niet correct
geopend/gesloten.
● Fijnfilter verstopt.
● Pomp/motor defect.
5.3. Storing: Er loopt vloeistof uit de pomp.
Oorzaak:
● Afdichtingen van de pompaansluitingen zijn defect.
● Afdichtingen van de pomp zijn defect.
LET OP
Vorstgevaar: Als de pomp wordt blootgesteld aan temperaturen ≤ 5°C, moeten
de pompcilinder, de kunststof tank en de slangen volledig worden geleegd, om
schade te voorkomen. Dit is ook aan te bevelen bij langer niet-gebruik bij
normale temperaturen.
4. Onderhoud
Voor onderhouds- en reparatiewerkzaamheden moet de netstekker worden
uitgetrokken! Deze werkzaamheden mogen uitsluitend door gekwalificeerd
vakpersoneel worden uitgevoerd.
4.1. Onderhoud
WAARSCHUWING
Vóór onderhoudswerkzaamheden altijd de netstekker uittrekken!
Reinig de pomp regelmatig, om te voorkomen dat de pompdelen gaan vast-
plakken, met name wanneer de pomp langere tijd niet wordt gebruikt. Bewaar
de pomp vorstvrij. Controleer voor elk gebruik de slangen, slangverbindingen
en afdichtingen op beschadigingen. Gebruik geen beschadigde slangen en
afdichtingen.
Controleer het fijnfilter van de pomp regelmatig via het kijkglas (7) op veront-
reiniging en reinig het indien nodig. Schroef hiervoor het kijkglas (7) aan het
fijnfilter af, neem de filterzeef weg en reinig beide onder stromend water of met
perslucht. Vervang een beschadigd filter.
Reinig kunststof onderdelen (bijv. de kast) uitsluitend met machinereiniger of
met milde zeep en een vochtige doek. Gebruik geen huishoudelijke reinigings-
middelen. Deze bevatten allerlei chemicaliën die kunststof onderdelen kunnen
beschadigen. Gebruik voor de reiniging in geen geval benzine, terpentijnolie,
thinner of dergelijke producten.
Zorg ervoor dat vloeistoffen nooit op of binnen in de motor van de pomp kunnen
terechtkomen.
4.2. Inspectie / onderhoud
Deze werkzaamheden mogen uitsluitend door gekwalificeerd vakpersoneel en
alleen met originele reserveonderdelen worden uitgevoerd.
Oplossing:
● Alleen goedgekeurde pompmedia gebruiken (zie 1. Beoogd gebruik en 1.3.).
● Afdichting/zuigleiding vervangen.
● Verstopping van de zuigleiding oplossen. Fijnfilter/filterzeef reinigen (zie 4.1.)
of filterzeef vervangen.
● Verstopping van de drukslang oplossen.
● Kogelkraan openen.
● Kunststof tank met pompmedium vullen of bijvullen (zie 3. Bedrijf).
● Pomp met vloeistof vullen (zie 3. Bedrijf).
● Sleufschroevendraaier door het middelste gat van het ventilatordeksel van de
motor in de as steken, door meermaals herhaald naar links en rechts te
draaien, de blokkering losmaken.
● Aansluitleiding door gekwalificeerd vakpersoneel of een geautoriseerde
ROLLER klantenservice laten vervangen.
● Pomp/motor door een geautoriseerde ROLLER klantenservice laten
controleren/repareren.
Oplossing:
● Opvoerhoogte controleren (zie 1.3.).
● Alleen goedgekeurde pompmedia gebruiken (zie 1. Beoogd gebruik en 1.3.).
● Kogelkranen volgens 2.2. openen/sluiten.
● Fijnfilter/filterzeef reinigen (zie 4.1.) of filterzeef vervangen.
● Pomp/motor door een geautoriseerde ROLLER klantenservice laten
controleren/repareren.
Oplossing:
● Afdichtingen vervangen.
● Pomp door een geautoriseerde ROLLER klantenservice laten controleren/
repareren.
nld