10. Het systeem controleren (Fig. 10-1)
E SW 1 - 3 ~ 6
ON
OFF
3
4
5
ON
F SW 1 - 3 ~ 6
OFF
3
4
5
G SW 1 - 3 ~ 6
ON
OFF
3
4
5
A E
A
F
TB1
TB1
TB4
TB4
TB4
B
B
2
2
TB5
TB5
1
C
D
1
Fig. 10-1
A
Buitenapparaat
B
Binnenapparaat
C
Hoofdafstandsbediening
6
D
Nevenafstandsbediening
E
Standaard 1:1 (Koeleradres = 00)
F
Simultane tweeling (Koeleradres = 01)
6
G
Simultane drieling (Koeleradres = 02)
6
A
G
TB1
TB4
TB4
TB4
B
B
B
B
TB5
* Stel het koeleradres in met de minischakelaar van het buitenapparaat.
1
Draden vanaf de afstandsbediening
Deze draad wordt bevestigd aan TB5 (aansluitpaneel van de afstandsbediening)
van het binnenapparaat (niet polair).
2
Als een andere koelsysteemgroepering wordt gebruikt.
Met de dunne MA afstandsbediening kunnen tot 16 koelsystemen als één groep
worden bediend.
Opmerking:
Bij een enkelvoudig koelsysteem (tweeling/drieling), behoeft geen over-
drachtskabel te worden aangelegd
SW1
Functietabel
Functie
<SW1>
1 Gedwongen
ON
ontdooien
OFF
Functie-
2 Fouthistorie gewist
1 2 3 4 5 6
instel-
3 Adresinstelling
lingen
koelsysteem
4
van SW1
5
6
2
.
Bedrijf in overeenstemming
met de schakelaarinstelling
ON
OFF
Start
Normal
Clear
Normal
Adresinstellingen voor de
buitenapparaten 0 t/m 15
49