met de betekenissen van de LED-indicatie
aan de lader.
Tijdens het laden kan de accu wat warm worden.
Dit is echter normaal.
Mocht het laden van de accupack niet mogelijk
zijn, controleer dan
•
of aan het stopcontact de netspanning voor-
handen is
•
of een foutloos contact aan de laadcontacten
voorhanden is.
Indien het laden van het accupack nog altijd niet
mogelijk is, breng dan
•
de lader
•
en de accupack
naar onze klantenservice.
In het belang van een lange levensduur van de
accupack is het raadzaam om op tijd voor het
herladen van de accupack te zorgen. Dit is in elk
geval noodzakelijk, wanneer u vaststelt dat het
vermogen van het apparaat afneemt. Ontlaad de
accupack nooit helemaal. Dat leidt tot een defect
van de accupack!
Accu-capaciteitsindicator (fi g. 9)
Druk op de schakelaar voor accu-capaciteitsindi-
cator (pos. A). De accu-capaciteitsindicator (pos.
B) signaleert de laadtoestand van de accu aan de
hand van 3 LEDs.
Alle 3 LEDs branden:
De accu is vol geladen.
2 of 1 LED(s) branden:
De accu beschikt over voldoende restlading.
1 LED knippert:
De accu is leeg, laad de accu op.
Alle LEDs knipperen:
De accu werd diep ontladen en is defect. Een
defecte accu mag niet meer gebruikt en geladen
worden!
Montage van de accu (fi g. 10)
Aanwijzing:
•
De afdekklep sluit automatisch en wordt
dichtgehouden door magneten.
Open de afdekklep en houd hem vast. Schuif de
accu in de daartoe voorziene adapter. Let erop
dat de grendelknop (afb. 9, pos. C) vastklikt,
Anl_GE_CM_36_33_Li_SPK2.indb 50
Anl_GE_CM_36_33_Li_SPK2.indb 50
NL
zodra de accu volledig erin is geschoven. De
demontage van de accu gebeurt in omgekeerde
volgorde.
Aanwijzing!
Gebruik alleen accu´s met dezelfde vulstand,
combineer nooit volle en halfvolle accu´s met el-
kaar. Laad beide accu´s altijd tegelijkertijd op.
De accu met de zwakkere laadtoestand bepaalt
de looptijd van het apparaat. Vóór bedrijf moeten
altijd beide accu´s vol worden geladen. Sluit het
accudeksel door het dicht te klappen.
6. Bediening
Voorzichtig!
De gazonmaaier is voorzien van een veiligheids-
schakeling om onbevoegd gebruik te voorkomen.
Onmiddellijk vóór ingebruikneming van de gazon-
maaier de veiligheidsstekker (fi g. 12/pos. 3) inzet-
ten en bij elke onderbreking of aan het einde van
het werk de veiligheidsstekker terug verwijderen.
Let op!
Om het onbedoeld inschakelen te voorkomen is
de grasmaaier voorzien van een beveiliging (fi g.
11, pos. A), die moet worden ingedrukt voordat
de schakelknop (fi g. 11, pos. 1) kan worden inge-
drukt. Zodra u de schakeltoetsen loslaat, wordt de
grasmaaier uitgeschakeld. Voer deze procedure
meermaals uit om er zeker van te zijn dat uw
apparaat correct werkt. Voordat u reparatie- of
onderhoudswerkzaamheden aan het apparaat
verricht, moet u zich ervan vergewissen dat het
mes niet draait en dat de veiligheidsstekker uit
het stopcontact is getrokken.
Waarschuwing! Open de uitwerpklep nooit
als de opvanginrichting leeg wordt gemaakt
en de motor nog draait. Het roterende mes
kan verwondingen veroorzaken.
Maak de uitwerpklep of de grasopvangzak steeds
zorgvuldig vast. Als u die wilt verwijderen, moet u
voordien de motor stopzetten.
De door de geleidestangen gegeven veiligheid-
safstand tussen meskooi en gebruiker dient
steeds in acht te worden genomen. Tijdens het
maaien en veranderen van rijrichting op bermen
en hellingen dient u bijzonder voorzichtig te werk
te gaan. Let op een veilige stand, draag schoenen
met slipvaste zolen met stroef profi el en een lan-
ge broek.
- 50 -
09.10.2019 07:36:50
09.10.2019 07:36:50