Branders
Bij iedere bedieningsknop die zich op het
Afb. 1.
bedieningspaneel bevindt, is de desbetreffende brander
aangegeven. Afb. 1.
Om een brander aan te zetten, dient u de
overeenkomstige knop in te drukken en naar links te
draaien, tot aan de ontstekingsstand. Houd enkele
seconden vast, totdat de brander aangaat. Laat de knop
daarna weer los en zet hem in de gewenste stand. Mocht
de brander niet aangaan, verricht de handeling dan
opnieuw.
Indien uw kookplaat niet is voorzien van automatische
ontsteking, dan dient de brander handmatig te worden
aangestoken (met een aansteker, lucifers, etc.). Als de
ontstekingsbougies niet schoon zijn, brandt de gaspit
niet goed. Zorg er dus voor dat deze schoon zijn. Maak
de bougies voorzichtig schoon met bijvoorbeeld een
kleine borstel.
Bij kookplaten die voorzien zijn van branders met
veiligheidskleppen, die ervoor zorgen dat de gastoevoer
stopt als de gaspit per ongeluk uitgaat, gebeurt het
aansteken op dezelfde manier, maar moet de knop nadat
de pit is aangegaan nog enkele seconden worden
vastgehouden. Mocht de gaspit niet aangaan, verricht
de handeling dan nogmaals en houd de knop deze keer
ongeveer 10 seconden vast.
De brander gaat uit door de bedieningsknop naar rechts
tot stand 0 te draaien. Als deze handeling wordt
uitgevoerd, dan treedt het ontstekingssysteem opnieuw
in werking. Dit is normaal. Afhankelijk van het model kan
deze moderne en functionele kookplaat zijn uitgerust
met afstelbare kranen, waarmee de grootte van de vlam
nauwkeurig kan worden afgesteld.
Afhankelijk van het model, kan uw kookplaat voorzien
zijn van een brander met drievoudige vlam, die zeer
praktisch is bij het koken met een paella-pan, wok (voor
Aziatische gerechten) etc.
Bij gebruik van kookplaten met gas ontstaat warmte en
vochtigheid. Daarom moet de keuken goede geventileerd
zijn: de natuurlijke ventilatie-openingen moeten open
staan, en zonodig dient een mechanisch ventilatiesysteem
te worden geïnstalleerd (afzuigkap).
Bij langdurig gebruik van uw apparaat, kan extra ventilatie
nodig zijn. U kunt bijvoorbeeld een raam openzetten
(zorg ervoor dat het niet tocht) of, indien aanwezig, de
afzuigkap op een hogere stand zetten.
Een oranjekleurige vlam is normaal en kan voorkomen
wanneer er stof in de lucht aanwezig is, vloeistof gemorst
is, enz.
74