ONDERHOUD
Schakel de airconditioner en de stroomonderbreker uit alvorens onderhoudswerk-
zaamheden uit te voeren.
DE FILTERS REINIGEN
1
2
3
2
1
TOESTEL EN AFSTANDSBEDIENING REINIGEN
• Reinig het toestel en de afstandsbediening met een zachte doek.
• Giet of mors er geen water op. Dit kan schokgevaar opleveren en de apparatuur
beschadigen.
• Gebruik nooit heet water, verfverdunner, schuurmiddelen of agressieve oplosmiddelen.
ONDERHOUD NA
SEIZOENSGEBRUIK
1
Gebruik het toestel in de KOELEN-
functie en met een tempera-
tuurinstelling van 32°C gedurende
ongeveer een halve dag zodat het
mechanisme volledig kan drogen.
2
Stop de bediening.
Als u een stroomonderbreker alleen
voor de airconditioner heeft, kunt u
die uitschakelen.
3
Reinig de filters en plaats ze terug.
(voor modellen AY-XM7CR/AY-XM9CR/AY-XM12CR)
De luchtfilters dienen elke twee weken te worden
gereinigd.
1
SCHAKEL HET TOESTEL UIT
2
VERWIJDER DE FILTERS
1 Open het voorpaneel.
2 Druk de luchtfilters iets omhoog om ze te
3
3 Trek de luchtfilters omlaag en verwijder
3
REINIG DE FILTERS
Verwijder stof met behulp van een stofzuiger.
Als de filters vuil zijn, kunt u ze wassen met
warm water en een mild reinigingsmiddel.
Droog de filters in de schaduw voordat u ze
terugplaatst.
4
PLAATS DE FILTERS TERUG
1 Plaats de filters in de oorspronkelijke stand
2 Sluit het voorpaneel.
3 Druk het met de pijl aangegeven gedeelte
N-19
ontgrendelen.
ze.
terug.
van het paneel stevig aan om het paneel
te vergrendelen.
ONDERHOUD VOOR
SEIZOENSGEBRUIK
1
Controleer of de luchtfilters schoon
zijn.
2
Controleer of er geen obstructies
in de luchtinlaat en luchtuitlaat
zitten.
3
Kijk regelmatig het montageframe
van de buitenunit na op slijtage en
controleer of het nog goed is beves-
tigd.