Gevaar!
Bij negeren van deze aanwijzing dreigt gevaar voor leven en gezondheid.
Laat kleine kinderen nooit zonder toezicht in de buurt van verpakkingsmateriaal!
!
verstikking!
! Houd kinderen verwijderd van het apparaat. Het alarmgeluid is hard! In het andere geval dreigt letsel- of
levensgevaar!
! Laat kinderen nooit zonder toezicht met het apparaat! In het andere geval dreigt levensgevaar en gevaar voor
letsel!
! Gebruik het apparaat niet bij aanwezigheid van zieke of gehandicaptemensen en dieren! Door shock als gevolg
van het alarmgeluid dreigt levensgevaar en gevaar voor letsel!
! Beschadig geen leidingen voor gas, stroom of telecommunicatie tijdens het bevestigen! In het andere geval dreigt
levensgevaar en gevaar voor letsel en beschadigingen!
! Vermijd huid- en lichaamscontact met lekkende of beschadigde batterijen! Draag geschikte
veiligheidshandschoenen en veiligheidskleding! In het andere geval dreigt levensgevaar en gevaar voor letsel
door bijtend zuur!
! Plaats het apparaat niet in de buurt van vuur, hitte of langdurige temperatuurinwerkingen boven 50° C! In het
andere geval dreigt levensgevaar door explosiegevaar!
! Veroorzaak geen kortsluiting in de batterijen en laad ze niet op! In het andere geval dreigt levensgevaar door
explosiegevaar!
! Vermijd dat uw gehoor gedurende een langere tijd wordt blootgesteld aan het alarmgeluid! In het andere geval
dreigt ernstige gehoorschade!
! Waarborg dat het alarmgeluid niet direct in de buurt van het gehoor wordt geactiveerd! In het andere geval dreigt
ernstige gehoorschade!
Let op!
Bij negeren van deze aanwijzing ontstaat gevaar voor materiële schade.
! Gebruik het apparaat uitsluitend met batterijen van type LR03 1,5 V (AAA)!
! Let bij het plaatsen van de batterijen op de juiste polariteit.
! Verwijder de batterijen wanneer u het apparaat gedurende een langere periode niet gebruikt.
! Gebruik alléén nieuwe batterijen en in geen geval reeds gebruikte. Waarborg dat beide batterijen over een
identieke laadtoestand beschikken.
! Voorkom dat het apparaat aan vocht wordt blootgesteld!
! Bescherm het apparaat tegen sterke magnetische of elektrische velden!
! Bescherm het apparaat tegen sterke mechanische belastingen en trillingen!
! Gebruik het apparaat alléén met de bijgeleverde originele onderdelen!
! Controleer vóór de ingebruikname of alle onderdelen volgens de handleiding zijn gemonteerd!
! Controleer de levering vóór de montage en de ingebruikname op schade en volledigheid.
! Beschadig geen glas- of spiegeloppervlakken van het deurblad tijdens het bevestigen!
! Laat het apparaat alléén door geautoriseerd en geschoold vakpersoneel repareren! In het andere geval dreigt
schade door ondeskundig gebruik en komt de garantie te vervallen!
Ingebruikname
Batterij vervangen
Let op! Gebruik alléén nieuwe batterijen en in geen geval reeds gebruikte. Waarborg dat beide batterijen over
een identieke laadtoestand beschikken.
# Waarborg vóór het plaatsen van de batterijen dat de alarmfuncties gedeactiveerd zijn.
# Steek de schakelsleutel [4] in het schakelslot [2] en draai deze naar de stand OFF.
# Trek de schakelsleutel uit het schakelslot. De pijl wijst naar de positie OFF. Het deuralarm is uitgeschakeld.
# Draai de bevestigingsschroef [7] van het deksel van het batterijvak [6] tegen de klok in los (zie afb. C).
# Trek het deksel van het batterijvakje van het deuralarm naar beneden weg.
# Plaats twee nieuwe batterijen van het type LR03 1,5 (AAA) in het batterijvakje.
# Waarborg de juiste polariteit van de batterijen.
Alarmfuncties activeren / deactiveren
U kunt twee verschillende alarmfuncties bij het deuralarm instellen:
direct alarm
en vertraagd alarm
.
De magneetsensor van het geactiveerde deuralarm reageert zodra de afstand naar de magneet meer dan ca. 10mm
bedraagt. Bij een geactiveerd alarm wordt het harde alarmgeluid gedurende ca. 90 sec. weergegeven. Na het
geactiveerde alarm knippert de lichtdiode [10] groen. Zodra de deur weer volledig gesloten wordt, is de alarmfunctie
weer geactiveerd.
# Zet bij wijzigingen van de modus de sleutel eerst op de stand "OFF" en vervolgens op "ON", zodat de functie
geactiveerd is.
# Laat de schakelsleutel bij geactiveerde alarmfunctie niet in het schakelslot steken
- Alarmfunctie activeren
Gebruik de alarmfunctie
, zodat het deuralarm binnen ca. 10 sec na het openen van de deur met de schakelsleutel
gedeactiveerd kan worden. Wanneer het deuralarm binnen deze tijd niet wordt gedeactiveerd, wordt het openen van
de deur met het alarmgeluid gemeld.
# Sluit de deur volledig.
# Zet de functieschakelaar [3] op de stand
.
# Steek de schakelsleutel [4] in het schakelslot [2] en draai deze naar de stand ON.
# Trek de schakelsleutel uit het schakelslot. De pijl wijst naar de stand ON en de lichtdiode brandt gedurende ca. 12
– 18 sec groen. Binnen deze tijd kunt u de kamer verlaten.
# De alarmfunctie is geactiveerd, zodra de lichtdiode is uitgeschakeld. Tijdens de vertragingstijd na het openen van
de deur is de lichtdiode gedurende ca 12 sec rood geschakeld. Wanneer het deuralarm binnen deze tijd niet wordt
gedeactiveerd, klinkt het alarmgeluid en de lichtdiode dooft.
- Alarmfunctie deactiveren
# Steek de schakelsleutel in het schakelslot en draai deze naar de stand OFF. Het apparaat is uitgeschakeld.
# Trek de schakelsleutel uit het schakelslot. De pijl wijst naar de stand OFF.
Overzicht van de lichtdiode-weergaven
brandt groen 12 - 18 sec:
de periode bij het activeren van het vertraagde alarm
brandt rood 12 sec:
de periode bij het deactiveren van het vertraagde alarm
knippert groen:
alarm werd gemeld
knippert rood:
de batterijen moeten worden vervangen
knippert afwisselend groen/rood:
alarm werd gemeld
Test
Test de werking van het deuralarm.
# Richt het deuralarm en de magneten voor de test op een tafelplaat. Waarborg dat de afstand tussen de pijlpunt
van de magneet en de markering van een van de twee magneetschakelaars [5] of [8] 10 mm bedraagt.
# Activeer de alarmfunctie direct alarm
. Let op dat in de volgende stap van de test het harde alarmgeluid
geactiveerd wordt.
# Vergroot de afstand tussen magneet en deuralarm. Wanneer het alarmgeluid klinkt, is de test succesvol.
Montage
Let op! Beschadig geen glas- of spiegeloppervlakken van het deurblad tijdens het bevestigen!
U kunt het deuralarm voor het gebruik op deuren met een linker of rechter aanslag bevestigen. Gebruik daarvoor de
plakstrips of de bevestigingsschroeven. Op metalen deuren kan de werking van de magneet worden verminderd.
Verminder in dit geval de afstand tussen magneet en deuralarm (minder dan 10 mm).
U hebt een pen met weer afwasbare inkt nodig voor de kenmerking van de bevestigingspunten.
# Plaats de magneet [9] verticaal op ca. 150 cm hoogte aan het deurkozijn, direct naast de aanslagrand van het
deurblad.
# Waarborg dat het pijlpictogram van de magneet in de richting van het deurblad wijst (zie ook afb. A).
# Waarborg dat de magneet niet tegen het deurblad stoot.
# Kenmerk de behuizingsomtrekken van de magneet aan het deurkozijn.
# Sluit de deur volledig.
# Plaats het deuralarm met max. 10 mm afstand tot de magneet tegen de aanslagrand van het deurblad.
# Waarborg dat de markering van de magneetsensor [5] of [8] zich exact naast het pijlpictogram van de magneet
bevindt (zie ook afb. A).
# Waarborg dat deuralarm niet tegen de magneet stoot.
# Kenmerk de behuizingsomtrekken van deuralarm op het deurblad.
Plakstrips
In het andere dreigt gevaar voor
Gebruik de plakstrips [18] + [20] voor de bevestiging van het deuralarm en de magneet op bijv. glas- of
kunststofdeuren.
# Verwijder de beschermfolie van een zijde van de plakstrip.
# Bevestig de plakstrip [18] glad en volledig op de bevestigingsoppervlakken van de behuizing van het deuralarm
# Verwijder de beschermfolie van de andere zijde van de plakstrip.
# Bevestig het deuralarm op de gekenmerkte plaats op het deurblad.
# Verwijder de kenmerking van de behuizingsomtrek.
# Verwijder de beschermfolie van een zijde van de plakstrip [20].
# Bevestig de plakstrip glad en volledig op de bodemplaat [15] van de magneet.
# Verwijder de beschermfolie van de andere zijde van de plakstrip.
# Bevestig de magneet op de gekenmerkte plaats op het deurkozijn.
# Verwijder de kenmerking van de behuizingsomtrek.
Bevestigingsschroeven
Gebruik de bevestigingsschroeven [19] voor de bevestiging van het deuralarm en de magneet op bijv. houten deuren.
Op de achterzijde van de behuizing van het deuralarm bevinden zich de uitsparingen voor de schroefbevestiging [13]
+ [14]. Deze uitsparingen moeten binnen de markering van de behuizingsomtrek worden gekenmerkt.
Deuralarm
# Draai de bevestigingsschroef [7] van het deksel van het batterijvak [6] tegen de klok in los.
# Trek het deksel van het batterijvakje van de deuralarmbehuizing en verwijder de batterijen.
# Kenmerk de uitsparingen binnen de markeringen op het deurblad.
# Schroef een bevestigingsschroef in de gekenmerkte plaats voor de uitsparing van de bovenste schroefbevestiging
# Hang het deuralarm met de uitsparing van de bovenste schroefbevestiging op aan de kop van de bovenste
# Schroef een bevestigingschroef door de uitsparing van de onderste schroefbevestiging [14] ca. 9 mm diep in het
# Waarborg dat het deuralarm vlak tegen het deurblad is vastgeschroefd.
# Plaats de batterijen weer terug.
# Druk het deksel van het batterijvakje vast tegen de behuizing van het deuralarm.
# Draai de bevestigingschroef van het deksel met de klok mee vast.
# Verwijder de kenmerking van de behuizingsomtrek.
Magneet
Aan de onderzijde van de magneetbehuizing bevinden zich de uitsparingen voor de schroefbevestiging [16] + [17].
Deze uitsparingen moeten binnen de markering van de behuizingsomtrek worden gekenmerkt.
# Wip de bodemplaat [15] e voorzichtig uit de behuizing van de magneet.
# Kenmerk de uitsparingen binnen de markeringen op het deurkozijn.
# Schroef telkens een bevestigingschroef door de uitsparing van de schroefbevestiging [16] + [17] van de
# Waarborg dat de bodemplaat vlak tegen het deurkozijn is vastgeschroefd.
# Druk de behuizing van de magneet volledig tegen de bodemplaat vast.
# Verwijder de kenmerking van de behuizingsomtrek.
Storingen verhelpen
Storing
Bij geactiveerd alarm
meldt het apparaat geen
opening van deur of raam
Het alarmgeluid klinkt
slechts zwak en de lichtdiode
rood knippert
Het apparaat werkt
niet of niet correct
Onderhoud en reiniging
# Controleer regelmatig de technische veiligheid en de werking van het apparaat.
# Verwijder de batterijen voordat u het apparaat reinigt.
# Gebruik een pluisvrije doek en een mild reinigingsmiddel (geen oplosmiddel) voor de reiniging van kunststof- en
Afvoer
Operating and safety instructions
Proper use
This door alarm is suitable for monitoring doors. The device is designed for operation in dry, enclosed spaces in private
households. This product is only for operation with two batteries of type LR03 – 1.5 Volt (AAA). Any other use or
modification of the device constitutes improper use and poses a serious risk of accident. The manufacturer is not liable
for damage caused by improper use or incorrect operation of the device.
Before initial operation, please read the operating instructions carefully and refer to the page showing the
illustrations. These operating instructions are part of this product and contain important instructions relating to its
operation and handling. Please always observe all safety instructions. Before initial operation, please check that all
parts are fitted correctly. If you have any questions or are unsure about handling of the device, please contact the
service office. Keep these operating instructions in a safe place. Please pass on all supplied documents along with the
device to anyone else intending to use it.
Area of use
The door alarm is designed to monitor closed doors and emits an acoustic signal when the door is opened. It is installed
inside the house and is suitable for doors opening to the right or the left.
The door alarm is switched on and off with a key. 2 different operating modes can be selected with a function switch:
-
When you are at home select the "Immediate alarm" mode.
[11] + [12] .
[13] ca. 9 cm diep in het deurblad.
bevestigingsschroef.
deurblad.
bodemplaat ca. 9 mm diep in het deurkozijn.
Oorzaak
Afstand tussen magneet en
magneetschakelaar te groot
(of pijl wijst in de verkeerde richting)
De batterijen zijn verbruikt
- De batterijen zijn verbruikt
- De batterijen zijn niet goed
geplaatst (polariteit)
- Pijl op de magneet wijst niet
naar markering op het
apparaat
metaaloppervlakken.
Lege batterijen en uitgewerkte apparaten niet Zomaar weggooien. Zorg dat ze milieuvriendelijk worden
opgeruimd. Uw gemeentehuis kan u aan het adres van de milieustraat helpen.
Verhelpen
Verminder de afstand
Plaats nieuwe batterijen
Plaats nieuwe batterijen;
Controleer of de batterijen
correct geplaatst zijn
(polariteit) en of zij contact
maken