Proefbevestiging
Voorafgaand aan de eigenlijke bevestiging moet
een proefbevestiging worden uitgevoerd op hetzelf-
de ondergrondmateriaal:
1. Proefbevestiging uitvoeren met groene patroon.
– Wanneer het bevestigingselement te ver naar
binnen wordt geschoten
– groter bevestigingselement gebruiken
of
– ondergrondmateriaal is niet geschikt om bou-
ten in te schieten.
– Wanneer het bevestigingselement uitsteekt:
2. Proefbevestiging met sterke, gele patroon uitvoe-
ren.
– Wanneer het bevestigingselement nog steeds uit-
steekt:
3. Proefbevestiging uitvoeren met extra sterke, rode
patroon en indien nodig een korter bevestigingsele-
ment (minimum-binnendringdiepte in acht nemen).
– Wanneer het bevestigingselement weer uitsteekt,
is het ondergrondmateriaal niet geschikt om bou-
ten in te schieten.
Let op!
Bevestiging niet overbelasten!
Sterkte wordt daardoor verminderd.
Onderhoud en reiniging
Huis regelmatig reinigen met een zachte, eventueel
vochtige doek.
Geen kunststofoplossende reinigingsmiddelen ge-
bruiken.
Neergedaald stof met perslucht verwijderen.
Demontage
Indien gewenst elke week of telkens na
2.500 bevestigingen.
Veiligheidsknop 10 indrukken, veiligheidssluiting 3
gaat open.
Veiligheidssluiting 3 omzetten, loopinbouwgroep 6
uit het huis trekken.
Trommelhouderclip 12 verwijderen, beide trommel-
houders 13 komen los.
13
Voortrommel 11 lostrekken.
Boutgeleidingsloop 14 uitnemen.
Montagezuiger 15 naar buiten trekken.
Loop
Alle onderdelen van buiten en van binnen zorgvul-
dig reinigen (reinigingsset).
Onderdelen zorgvuldig controleren. Versleten of be-
schadigde onderdelen vervangen.
Alle onderdelen licht smeren (onderhoudsspray arti-
kelnr. 893 051). Overtollige olie wegvegen.
Huis
Huis met vochtige doek afvegen.
Binnenhuis en zuigergeleiding met hulshouder 16
reinigen.
Veiligheidssluiting 3 reinigen.
De veren 7 + 9 en het afdichtrubber 8 moeten in
een goede toestand verkeren.
Veiligheidssluiting 3 smeren.
12
13
63