9 KLEINE STORINGEN VERHELPEN
9.1 Meldingen op de kookplaat
Code
– er staat geen kookpot op de kookzone
– de kookpot is niet geschikt voor inductie
– de diameter van de bodem van de kookpot is te
klein in vergelijking met de kookzone
Zie hoofdstuk 4.3.9 Warmhouden
U
– Het elektronisch systeem is ontregeld.
– Ontkoppel de kookplaat en sluit opnieuw aan.
E
– Doe beroep op de dienst na verkoop
Zie hoofdstuk 4.3.7 Stop&Go
I I
Een voorwerp of vloeistof bedekt de toetsen van
de bediening. Het symbool verdwijnt van zodra
(Er03)
de toetsen vrijgemaakt of afgekuist zijn.
De kooktafel is oververhit, laat afkoelen, daarna
E2
kunt u ze terug inschakelen.
De luchttoevoer van de ventilator is afgesloten.
E8
Maak deze vrij.
De kooktafel werd niet goed aan het netwerk
U400
aangesloten. Kijk de aansluiting na.
Probleem in het intern BUS-systeem van het
(Er47)
apparaat.
Indien één van deze foutmeldingen blijft verschijnen, kunt u de
dienst na verkoop contacteren.
De kookplaat of de kookzone werkt niet:
– de kookplaat is slecht op het elektrisch net aangesloten
– de veiligheidszekering is gesprongen
– kijk na of de vergrendeling is ingeschakeld
– de tiptoetsen zijn met water of vet bespat
– er staat een voorwerp op de tiptoetsen
Een enkele zone of alle zones vallen uit:
– de veiligheid is in werking getreden
– deze treedt in werking wanneer u vergeten bent een kookzone
uit te schakelen
– de veiligheid treedt eveneens in werking wanneer één of
meerdere tiptoetsen bedekt zijn
– een kookpan is leeg en de bodem is oververhit
– de kookplaat beschikt eveneens over een automatische
vermindering van het vermogen en van een automatische
uitschakeling bij oververhitting
De ventilator blijft doorwerken na het uitzetten van de
kooktafel:
– dit is geen defect, de ventilator beveiligt zo de elektronische
apparatuur
– de ventilator stopt vanzelf.
De bediening van automatisch koken treedt niet in
werking:
– de kookzone is nog warm [
– het maximum kookniveau staat aan [
– het kookniveau werd aangezet met de toets [
9.2 Meldingen bij de afzuiging
De afzuigkap zuigt niet goed af. Wat kan dit probleem
veroorzaken?
– Controleer de vetfilter. Respecteer de reinigingsindicatie. De
filter dient gemiddeld één maal in de twee weken gereinigd
te worden om een goede werking van de afzuiging te
garanderen.
– Controleer de luchttoevoer in de woning. Zodra de afzuigkap
aangezet wordt, dient er luchttoevoer aanwezig te zijn d.m.v.
roosters in de ramen of door een raam open te zetten.
9.3 Overig
Storing: In geval van storing, aarzel niet om onze Dienst na
verkoop te contacteren:
België:
Tel.: +32 (0)56 36 51 02
Frankrijk:
Tel.: +33 (0)3 20 94 06 62
Duitsland:
Tel.: +49 (0)511.54.20.771
Nederland:
Tel.: +31 (0)88-0119110
Spanje:
Tel.: +34 938 700 895
Italië:
Tel.: +39 039.20.57.501
Voor alle andere landen: uw lokale installateur of Novy
in België:
Tel.: +32 (0)56/36.51.02
Voor een goede en vlotte afhandeling is het noodzakelijk dat de
Hersteldienst weet welk type apparaat u heeft. Deze gegevens
vindt u op het typeplaatje aan de binnenkant van de aanzuigunit.
Kleef hier de bijgevoegde sticker met het typeplaatje een
serienummer.
– 13 –
]
H
]
9
].
‐