De bedieningsconsole en accu hebben de volgende functies
1. Noodstop
2. Oplaadlampjes
3. Display met acculadingstatus
4. Aansluiting voor oplaadkabel
5. Aansluiting voor motor voor instellen van onderbreedte
6. Aansluiting voor hefstang van tilarm
7. Aansluiting voor handbediening
8. Elektrische nooddaalfunctie
9. Handvat voor tillen van accu
Accu opladen
Een toon bij gebruik van de lift geeft aan dat de accu moet worden opgeladen.
Laad de accu na gebruik van de lift op, zodat de accu altijd volledig is opgeladen.
Vergrendel de zwenkwielen tijdens het opladen van de accu.
1. Verbind de oplaadkabel met een stopcontact en de laadkabelaansluiting. Het laadsymbool wordt op het display
getoond.
2. Controleer of de lampjes op de bedieningsconsole gaan branden. Het groene lampje geeft aan dat de oplader stroom
krijgt en het gele lampje geeft aan dat de batterij wordt opgeladen.
3. Het opladen stopt automatisch als de accu volledig is opgeladen.
Muurlader.
1. Haal de accu uit de lift en plaats deze in de muurlader.
2. Controleer of het lampje op de voorkant van de oplader gaat branden.
N.B.!
Voordat de lift voor de eerste keer wordt gebruikt moet deze ten minste 4 uur worden opgeladen.
Voor een maximale levensduur van de accu moet deze regelmatig worden opgeladen. Bij dagelijks gebruik van de lift
bevelen we dagelijks opladen aan.
De noodstopknop moet tijdens het opladen zijn uitgetrokken.
Batterij-informatie op het display
Het batterijniveau wordt weergegeven in vier fases:
Batterijstatus 1: De batterij is in orde, opladen is niet nodig (100–50%).
Batterijstatus 2: De batterij moet worden opgeladen (50–25%).
Batterijstatus 3: De batterij moet worden opgeladen (minder dan 25%). Bij deze batterijstatus klinkt er een
toon bij het indrukken van een knop.
Batterijstatus 4: De batterij moet worden opgeladen. Bij deze status functioneert de lift niet meer volledig.
Bij batterijstatus 4 is het alleen mogelijk om de tilarm omlaag te brengen. Bovendien klinkt er een
audiosignaal als een bedieningsknop wordt ingedrukt (bij 17 V of lager). Het symbool schakelt
gedurende 10 seconden tussen de twee afbeeldingen.
SystemRoMedic
U S E R M A N U A L
TM
9
1
8
2
2
3
4
7
6
5
79