3) VOORBEREIDING BUIZEN Fig. A
De elektrische installatie voorbereiden onder verwijzing naar de geldende normen
voor de elektrische installaties CEI 64-8, IEC364, harmonisatie HD384 en andere
nationale normen.
4) AANSLUITINGEN AANSLUITKAST Fig. B
WAARSCHUWINGEN - Tijdens de bekabelings- en installatiewerkzaamheden de
geldende normen raadplegen en in ieder geval de geldende technische normen.
De met verschillende spanningen gevoede geleiders moeten fysiek gescheiden
worden, of op passende wijze geïsoleerd worden met min. 1 mm extra isolatie.
De geleiders moeten verbonden worden door een extra bevestiging in de buurt
van de klemmen, bijvoorbeeld met behulp van bandjes.
Alle verbindingskabels moeten ver van het koellichaam vandaan gehouden
worden.
OPGELET! Voor de aansluiting op het netwerk, een meeraderige kabel
gebruiken met een doorsnede van min. 3x1,5 mm2 en van het type voorzien
door de geldende normen. Voor de aansluiting van de motoren, een kabel
gebruiken met een doorsnede van min. 1,5 mm2 en van het type voorzien
door de geldende normen. De kabel moet minstens overeenstemmen met
H05RN-F.
5) VEILIGHEIDSINRICHTINGEN
Opmerking: alleen ontvangende veiligheidsinrichtingen gebruiken met vrij
uitwisselbaar contact.
5.1) "TRUSTED DEVICES" FIG. G
5.2) AANSLUITING VAN 1 STEL FOTOCELLEN NIET GECONTROLEERD AFB. C1
5.3) AANSLUITING VAN 1 STEL FOTOCELLEN GECONTROLEERD AFB. C2
OPGELET!
De stootkrachten voorzien door de norm EN12453 worden uitsluitend nage-
leefd als de (actieve) contactranden, die op de kaart aangesloten zijn, worden
gebruikt.
6) AFSTELLINGSPROCEDURE
-
Voor het aanzetten, de elektrische aansluitingen controleren.
-
De mechanische eindaanslagen regelen (waar aanwezig).
-
Een Autoset verrichten om de werktijd in te stellen.
-
De trimmers instellen.
-
De dip-schakelaars instellen.
OPGELET! Een verkeerde instelling kan leiden tot schade aan personen,
dieren of voorwerpen.
7) GEHEUGENOPSLAG AFSTANDSBEDIENING FIG.D
RADIO
-
BELANGRIJKE OPMERKING: DE EERSTE OPGESLAGEN ZENDER MARKEREN
MET DE MASTERSLEUTEL (MASTER).
Bij handmatige programmering wordt door de eerste zender de SLEUTELCODE VAN
DE ONTVANGER toegewezen; deze code is noodzakelijk om de daaropvolgende
klonering van de radiozenders te kunnen uitvoeren. De geïntegreerde ontvanger
Clonix beschikt bovendien over enkele belangrijke geavanceerde functionaliteiten:
•
Klonering van de master-zender (rolling-code of vaste code).
•
Klonering voor vervanging van de reeds in de ontvanger opgenomen zenders.
Raadpleeg voor het gebruik van deze functionaliteiten de instructies van de
universeel programmeerbare palmtop en de Algemene gids programmering
ontvangers
8) AFSTELLING AUTOSET
Kan gebruikt worden voor het automatisch instellen van de werktijd van de
motoren.
De werktijden worden gemeten die nodig zijn om een manoeuvre van opening
en sluiting uit te voeren op beide motoren; de gemeten tijden worden gememo-
riseerd, verhoogd met een veiligheidstijd om de volledige opening of sluiting te
garanderen, ook wanneer de motorprestaties variëren.
OPGELET!! De autoset-handeling mag alleen worden uitgevoerd na de exacte
beweging van de vleugel (opening/sluiting) en de correcte positionering van
de mechanische blokkeringen en de eindaanslagen gecontroleerd te hebben.
LET OP! Tijdens de autoset-fase zal door elke activering van fotocellen
of veiligheidsranden de autoset mislukken en zal de functie worden afge-
sloten.
LET OP! De autoset-handelingen moeten op normale snelheid dus niet
afgeremd worden uitgevoerd.
Autoset-fasen voor motoren met eindaanslagen (Afb. D1):
1 -
plaats de vleugels op de eindaanslag sluiten.
2 -
druk de toets S3 5s in, de led SET knippert.
3 -
druk op de toets S3 om motor 1 de openingsbeweging te laten verrichten.
4 -
wacht tot de eindaanslag openen geactiveerd wordt of beëindig de ope-
ningsbeweging van motor 1.
5 -
De openingsbeweging van motor 2 wordt automatisch gestart.
6 -
wacht tot de eindaanslag openen geactiveerd wordt of beëindig de ope-
ningsbeweging van motor 2.
7 -
druk op de toets S3 om motor 2 de sluitbeweging te laten verrichten.
8 -
wacht tot de eindaanslag sluiten geactiveerd wordt of beëindig de sluit-
beweging van motor 2
9 -
De sluitbeweging van motor 1 wordt automatisch gestart
10 -
wacht tot de eindaanslag sluiten geactiveerd wordt of beëindig de sluit-
beweging van motor 1
11 - Als de werktijd correct is opgeslagen, gaat de led SET 10s branden.
Als de autoset mislukt, gaat de led SET 10s snel knipperen.
De fasen van motor 2 worden niet uitgevoerd als de actieve motor 1 is ingesteld.
Autoset-fasen voor motoren zonder eindaanslagen (Afb. D2):
1 -
plaats de vleugels in de sluitstand.
2 -
druk de toets S3 5s in, de led SET knippert.
3 -
druk op de toets S3 om motor 1 de openingsbeweging te laten verrichten
4 -
druk op de toets S3 om de openingsbeweging van motor 1 te beëindigen
5 -
De openingsbeweging van motor 2 wordt automatisch gestart.
6 -
druk op de toets S3 om de openingsbeweging van motor 2 te beëindigen
7 -
druk op de toets S3 om motor 2 de sluitbeweging te laten verrichten
8 -
druk op de toets S3 om de sluitbeweging van motor 2 te beëindigen
9 -
De sluitbeweging van motor 1 wordt automatisch gestart
10 -
druk op de toets S3 om de sluitbeweging van motor 1 te beëindigen
11 - Als de werktijd correct is opgeslagen, gaat de led SET 10s branden.
28 -
ALENA SW2 CPEM
INSTALLATIEHANDLEIDING
Als de autoset mislukt, gaat de led SET 10s snel knipperen.
De fasen van motor 2 worden niet uitgevoerd als de actieve motor 1 is ingesteld
9) DE OPENINGSRICHTING OMKEREN (FIG.E)
10) ELEKTRISCH SLOT FIG.F1-F2
LET OP: In het geval van vleugels langer dan 3 m., is de installati van
een elektrisch slot absoluut noodzakelijk.
TOETSEN
TOETSEN
S1
S2
S2
>5s
S1+ S2
>10s
S3
SIGNALERINGEN LEDS:
POWER
START
OPEN
STOP
PHOT
FAULT 1
BAR
FAULT 2
SWC1
SWO1
SWC2
SWO2
ERR
RADIO
(GROEN)
SET
LET OP: Controleren of de waarde van de botsingskracht gemeten
in de punten voorzien door de norm EN12445, lager is dan hetgeen
aangegeven in de norm EN 12453.
Om een beter resultaat te behalen, wordt aanbevolen de autoset met stilstaande motoren
uit te voeren (dat wil zeggen niet oververhit door een groot aantal opeenvolgende
manoeuvres).
12) PROCEDURE VOOR CONTROLE INSTALLATIE
1.
Beveiligingen aanbrengen die gevoelig zijn voor druk of elektriciteit (bijvo-
orbeeld actieve rand)
2.
AUTOSET uitvoeren (*)
3.
De botsingskrachten controleren: als deze binnen de limieten blijven verder
gaan naar punt 5 anders
4.
De beweging van de aandrijving alleen toestaan in de modus "Persoon
aanwezig"
5.
Controleren of alle inrichtingen die de aanwezigheid in de manoeuvrezone
detecteren goed functioneren
Beschrijving
Toets start toevoegen
associeert de gewenste toets met het Start-commando
Voetgangerstoets toevoegen
associeert de gewenste toets met het Voetgangerscommando
Bevestigt de wijzigingen die aan de afstelling van de parameters
en aan de werkingslogica zijn aangebracht
Lijst Verwijderen
OPGELET! Hiermee worden alle opgeslagen afstandsbedienin-
gen volledig uit het geheugen van de ontvanger verwijderd.
KORT indrukken bestuurt een START.
LANG indrukken (>5s) activeert de AUTOSET.
door de toets lang (>10s) ingedrukt te houden wordt de standaar-
dwaarde van de bedrijfstijd hersteld
Blijft aan: - Aanwezigheid netwerk - Kaart gevoed - Zekering in go-
ede conditie
Aan: activering ingang START
Aan: activering ingang voetgangers OPEN
Uit: activering ingang STOP
Uit: activering ingang fotocel PHOT
Knippert: geen enkele fotocel aangesloten.
Diagnose van de ingang controle beveiligingen ingang PHOT
Uitgeschakeld: activering ingang rand BAR
Diagnose van de ingang controle beveiligingen ingang BAR
Aan: de eindaanslag sluiten motor 1 is vrij
Uit: Activering ingang sluitingsaanslag van motor 1
Knippert: eind bedrijfstijd tijdens sluiten
Aan: de eindaanslag opening motor 1 is vrij
Uit: Activering ingang openingsaanslag van motor 1
Knippert: eind bedrijfstijd tijdens openen
Aan: de eindaanslag sluiten motor 2 is vrij
Uit: Activering ingang sluitingsaanslag van motor 2
Knippert: eind bedrijfstijd tijdens sluiten
Aan: de eindaanslag opening motor 2 is vrij
Uit: Activering ingang openingsaanslag van motor 2
Knippert: eind bedrijfstijd tijdens openen
Uit: geen fout
AAN: zie tabel foutendiagnose
Uit: programmering radio gedeactiveerd
Alleen led radio knippert: Programmering radio actief, wachten op
verborgen toets
Knippert synchroon met Set led: Bezig met annuleren afstandsbedieningen
Aan: programmering radio actief, wachten op gewenste toets
1 s aan: Activering kanaal van de radio-ontvanger
AAN: zie tabel foutendiagnose
Knippert synchroon met Radio led: Bezig met annuleren van
afstandsbedieningen