Publicité
Waarschuwingen
Waarschuwing! Max. gewicht 150 kg. Alleen bedoeld voor gebruik binnen en buitenshuis. Montage door volwassene vereist zoals
aangegeven in de gebruiksaanwijzing en controle voor het eerste gebruik en elk gebruiksmoment. Eén gebruiker tegelijk. Gevaar voor
botsing. Sluit altijd de opening van het net voordat er wordt gesprongen. Spring zonder schoenen. Gebruik de mat niet wanneer deze nat is.
De persoon die springt, mag geen losse objecten op of bij zich dragen. Altijd in het midden van de mat springen. Niet eten tijdens het
springen. Niet van de trampoline af gaan met een sprong. Regelmatig pauze nemen tijdens het springen. Niet gebruiken bij zware wind; zorg
ervoor dat de trampoline goed vast staat. De trampoline mag niet worden ingegraven en mag niet lager dan op grondniveau worden
gebruikt. Niet geschikt voor kinderen jonger dan 3 jaar. Kleine onderdelen. Verstikkingsgevaar. Niet geschikt voor het maken van salto's. Het
net moet elk jaar worden vervangen. Trampoline vóór elk gebruik controleren. Besteed extra aandacht aan alle bouten, het springgedeelte
en de positie van het kussen. Niet gebruiken als er onderdelen ontbreken of slijtage vertonen. Stop direct met springen als u zich niet lekker
voelt of pijn ervaart in gewrichten en/of spieren. Duizeligheid is een teken van vermoeidheid. Als u zich duizelig voelt, stop dan met springen
en ga op de grond liggen. Het veiligheidsnet is bedoeld om te voorkomen dat iemand van de trampoline valt. Spring niet onnodig in het net.
De trampoline moet worden geplaatst op gras of door BSI goedgekeurde veiligheidsmatten. Toezicht door een volwassene is vereist.
Produktplatzierung – Auf einer flachen und ebenen Oberfläche, wie Gras oder Sand, platzieren.Nicht auf einer harten Oberfläche,
wie Beton oder Asphalt, platzieren. Trampolines mogen niet worden geïnstalleerd op beton, asfalt of een ander hard oppervlak of in de buurt
van andere conflicterende installaties (zoals kinderbadjes, schommels, glijbanen, klimrekken). De trampoline moet op zijn minst 2 meter
afstand van alle obstakels worden geplaatst.
SPRONGEN
Voordat u moeilijker sprongen probeert, moet u eerst de basistechnieken voor springen en stoppen beheersen
BASISSPRONG
1. Begin in rechtopstaande positie, voeten op
schouderbreedte, hoofd recht met de ogen gericht
op de mat van de trampoline.
2. Draai de armen in een circulaire beweging naar voren
en naar achteren.
3. Spring door uw tenen naar beneden te drukken.
4. Houd uw voeten een beetje gespreid tijdens de landing.
5. Om te stoppen, buigt u uw knieën wanneer uw voeten
contact maken met de trampoline.
KNIESPRONG
1. Begin met een basissprong.
2. Land op uw knieën; houd hierbij uw rug recht.
3. Gebruik uw armen voor balans.
4. Ga terug naar de positie voor de basissprong.
ZITSPRONG
1. Land in zittende positie.
2. Plaats uw handen op het oppervlak van de trampoline,
naast uw heupen.
3. Duw uzelf met behulp van uw handen terug naar
staande positie.
BUIKSPRONG
1. Begin met een kleine basissprong.
2. Land op uw buik met uw handen vooruit gestrekt.
3. Duw u met uw armen op naar staande positie.
DRAAI VAN 180°
Begin met een buiksprong.
Druk met uw linkerhand en -arm, of de rechterhand
en -arm (afhankelijk van de richting waarin u wilt
draaien).
Houd uw hoofd en schouders in dezelfde richting
gedraaid en houd uw lichaam parallel aan het
trampolineoppervlak.
Land in schuine positie en keer daarna terug naar
staande positie door met uw handen en armen te
duwen.
Publicité
