3. Zorg ervoor dat er niemand in de buurt van de lading is wanneer u de
grasmaaierlift gebruikt.
4. Laat de grasmaaierlift niet onbeheerd achter tijdens gebruik.
5. Overschrijd de capaciteit van de tillift niet. Overbelasting kan de heftruck
beschadigen en kan leiden tot letsel of materiële schade.
6. Gebruik de grasmaaierlift alleen op harde, stabiele oppervlakken. Als u het
op een zachte of oneffen ondergrond gebruikt, kan het onstabiel worden,
waardoor de lading kan vallen.
7. Bevestig de lading altijd langs de zijversteviging van de hefinrichting aan de
zijde tegenover de schroefspindel. Een niet-vastgezette of ongelijke lading
kan de heftruck beschadigen of ervoor zorgen dat deze gaat schuiven en
vallen.
8. Controleer de lifter vóór elk gebruik op volledigheid en functionaliteit. Voer
een testlift uit zonder last om dit te bevestigen.
9. Zorg ervoor dat de bestuurder van de zitmaaier is uitgestapt de stoel
voordat u de grasmaaier optilt.
Montage voor gebruik
1. Plaats de grasmaaier op een horizontale, stabiele ondergrond.
2. Verwijder de borgpen.
3. Plaats de schroefkruk naar boven.
Tip: Voor optimale prestaties smeert u de schroef voor gebruik in met vet.
Anvendelse
Plaats de pen om de schroefkruk in de rechtopstaande positie te
3.
vergrendelen.
4. Draai de spindel met de klok mee om de grasmaaier op te tillen.
NL