GEBRUIK - Zomer- en winterstand
De ventilator is uitgerust met een zomer- en
winterstand: in de zomerstand blaast de ven-
tilator lucht direct naar beneden voor een koele
bries, terwijl lucht in de winterstand door de
ruimte wordt gecirculeerd, bijvoorbeeld om de
warmte van uw verwarming door de ruimte te
verspreiden.
1. Schakel de schakelaar omhoog om de
zomerstand in te schakelen.
2. Schakel de schakelaar naar beneden om
de winterstand in te schakelen.
PROBLEMEN OPLOSSEN
Probleem
Mogelijke oorzaak
Ventilator start
1. De ventilator is aange-sloten
niet.
op een wand-licht-schakelaar
en deze is niet ingeschakeld.
2. Stroom in de meterkast is
niet terug ingeschakeld of is
uitgevallen.
3. Er zitten draden naar de
ventilator los.
Ventilator
1. De montageplaat is niet goed
maakt lawaai.
gemonteerd.
VENTILATORBLADEN BALANCEREN
We doen onze uiterste best om het
product naar perfectie af te leveren.
Echter blijft er de mogelijkheid dat de
bladen soms uitgebalanceerd moeten
worden. Volg als eerste de 2 mogelijke
oplossingen hierboven. Als dit geen
resultaat oplevert, probeer dan 2
ventilatorbladen om te wisselen. Blijft
de ventilator uit balans? Probeer deze
dan te balanceren met behulp van de
bijgeleverde balansset (zie figuur O).
Aangeraden oplossing
1. Controlleer of de lichtschakelaar is ingeschakeld.
2. Controleer of de hoofdstroomtoevoer in de meterkast is
ingeschakeld.
3. Controleer of er draden los zitten in de bedrading naar de
ventilator.
LET OP: Zorg ervoor dat de hoofdstroomtoevoer is
uitgeschakeld, voordat u de bedrading controleert!
1. Controleer of de montageplaat (nog) goed vastzit aan het
plafond. Zie 'Montage - Het installeren van de montageplaat'.
27
N
O
NL