Normen voor het in gebruik nemen van de veegmachine
Installatie batterij
Installeer de batterij volgens het schema op de machine.
Voordat de motor aangezet wordt
•
Waterniveau batterij controleren
•
De zijborstel omhoog brengen door knop 3.fi g. 2 te gebruiken
Handelingen om de motor aan te zetten
Sleutel inbrengen 10,fi g 2, en kloksgewijze omdraaien; met deze handeling wordt de stroom aan het tractie systeem
toegevoerd.
HANDELINGEN OM DE VEEGMACHINE TE LATEN WERKEN (FIG.4)
Vooruitgaan: het tractiesysteem wordt in werking gesteld door de hendel 1, omhoog te trekken( Dit wanneer de
veegmachine van tractie is voorzien). Het wiel 2 gaat naar voren en drukt op de rol 3 waardoor de achterwielen door
middel van de riem 4 in werking wordt gesteld. De afstand tussen de rol 3 en het wiel 2 moet in de ruststand van de
veegmachine ongeveer (1-2) mm zijn.
Om deze bovengenoemde afmeting te behouden het register 5) gebruiken.
1 - 2 mm
2
GEBRUIK VAN DE VEEGMACHINE (FIG.3)
3
5
1
4
2
73
3