Gebruik en onderhoud van gereedschap met
accu
•
Laad het gereedschap alleen op met de lader die
door de fabrikant is gespecificeerd. Een lader die
voor een bepaald type accu geschikt is, kan een
risico op brand creëren als de lader met een andere
accu wordt gebruikt.
•
Gebruik alleen de accupacks die bestemd zijn voor
de bijbehorende machine. Als er andere accupacks
worden gebruikt, bestaat er risico op letsel en brand.
•
Als het accupack niet gebruikt wordt, houd hem dan
uit de buurt van andere metalen voorwerpen, zoals
paperclips, munten, sleutels, spijkers, schroeven
of andere kleine metalen voorwerpen die een
verbinding tussen de twee klemmen kunnen maken.
Als er kortsluiting tussen de accuaansluitingen
ontstaat, kunnen er brandwonden of brand ontstaan.
•
Als het accupack verkeerd wordt gebruikt, kan er
vloeistof uit de accu komen; zorg dat u deze niet
aanraakt. Als u per ongeluk in contact komt met
de vloeistof, afspoelen met water. Als er vloeistof
in de ogen komt dient u medische hulp in te
roepen. Vloeistof die uit de accu komt kan irritatie
of brandwonden veroorzaken.
•
Gebruik geen accupack of product dat beschadigd
of gewijzigd is. Beschadigde of aangepaste accu's
kunnen onvoorspelbaar gedrag vertonen, wat kan
leiden tot brand, explosies of letsel.
•
Stel het accupack of product niet bloot aan vuur
of hoge temperaturen. Blootstelling aan vuur of
temperaturen hoger dan 130 °C kan een explosie
veroorzaken.
•
Volg alle oplaadinstructies op en laad de accu of
het product niet op bij temperaturen die buiten
het in de instructies gespecificeerde bereik vallen.
Door onjuist opladen of opladen bij temperaturen
die buiten het gespecificeerde bereik liggen, kan de
accu beschadigd raken en neemt het risico op brand
toe.
Service
•
Laat uw machine onderhouden door
een gekwalificeerde onderhoudsmonteur met
gebruikmaking van uitsluitend identieke
vervangende onderdelen. Hierdoor blijft de veiligheid
van de machine gehandhaafd.
•
Voer nooit onderhoud uit aan beschadigde
accupacks. Onderhoud aan accupacks mag
alleen worden uitgevoerd door de fabrikant of
geautoriseerde dienstverleners.
Algemene veiligheidswaarschuwingen voor de
motorkettingzaag
•
Houd alle lichaamsdelen weg van de zaagketting
als de motorkettingzaag in werking is. Controleer
voordat u de motorkettingzaag start of de
5
Als u getraind bent in speciale zaag- en werktechnieken en goed beveiligd bent (hoogwerker, touwen,
veiligheidsdraagstel), kunnen aanpassingen aan dit veiligheidsvoorschrift worden doorgevoerd.
56
zaagketting niets raakt. Als u even niet oplet,
kan uw kleding of lichaam vast komen te
zitten in de zaagketting bij het gebruik van een
motorkettingzaag.
•
Houd de motorzaag altijd stevig vast met uw
rechterhand op het achterste handvat en uw
linker handvat op het voorste handvat. Als u de
motorkettingzaag andersom vasthoudt, neemt de
kans op persoonlijk letsel toe; doe dat dus nooit.
•
Houd de motorkettingzaag alleen vast aan de
geïsoleerde handgrepen, omdat de zaagketting
verborgen bedrading kan raken. Als zaagkettingen
een onder stroom staande draad aanraken, kan
dit ervoor zorgen dat niet-geïsoleerde delen van
de motorkettingzaag ook onder stroom komen,
waardoor de gebruiker een elektrische schok kan
krijgen.
•
Draag oogbescherming. We raden u aan verdere
beschermingsuitrusting voor gehoor, hoofd, handen,
benen en voeten te gebruiken. Als u een geschikte
beschermingsuitrusting draagt, neemt de kans
op persoonlijk letsel door rondvliegend vuil of
onbedoeld contact met de zaagketting af.
•
Gebruik geen kettingzaag in een boom, op een
ladder, vanaf een dak of op een onstabiele
ondergrond. Wanneer u een kettingzaag op deze
manier gebruikt, kan dit leiden tot ernstig persoonlijk
5
letsel.
•
Ga altijd goed staan en bedien de motorkettingzaag
alleen terwijl u op een vaste, stevige en
vlakke ondergrond staat. Gladde of onstabiele
oppervlakken kunnen ervoor zorgen dat u uw
evenwicht of de controle over de motorkettingzaag
verliest.
•
Als u een tak doorzaagt die onder spanning staat,
zorg dan dat de tak u niet kan raken. Als de
spanning in de houtvezels vrijkomt, kan de geveerde
tak de gebruiker raken en/of ervoor zorgen dat
de gebruiker de motorkettingzaag niet meer onder
controle heeft.
•
Wees zeer voorzichtig als u struiken en jonge bomen
zaagt. Het dunne materiaal kan vast komen te zitten
in de zaagketting en naar u toe zwiepen of u uit uw
evenwicht brengen.
•
Draag de motorkettingzaag bij de voorste handgreep
met de motorkettingzaag uitgeschakeld en van uw
lichaam af. Als u de motorkettingzaag vervoert
of opbergt, moet u altijd de afdekking over het
zaagblad aanbrengen. Als u de motorkettingzaag
goed hanteert, verlaagt u de kans op onbedoeld
contact met de bewegende zaagketting.
•
Volg de instructies voor het smeren, het spannen
van de ketting en het vervangen van de geleider en
de ketting. Als de ketting niet goed is gespannen of
gesmeerd, kan de ketting breken en neemt de kans
op terugslag toe.
1065 - 011 - 06.05.2024