BESCHRIJVING VAN DE
FUNCTIES
LET OP:
Controleer altijd of het gereedschap
is uitgeschakeld en de stekker ervan uit het stop-
contact is verwijderd alvorens de functies op het
gereedschap te controleren of af te stellen.
Indicatielampje
► Fig.1: 1. Indicatielampje
Het indicatielampje brandt groen wanneer de stekker
van het gereedschap in het stopcontact zit.
Als het indicatielampje niet brandt, kan het netsnoer of
de regelaar stuk zijn.
Als het indicatielampje brandt, maar het gereedschap
niet start ondanks dat het gereedschap ingeschakeld is,
kunnen de koolborstels versleten zijn, of kan de rege-
laar, de motor of de aan-uitschakelaar kapot zijn.
Asvergrendeling
WAARSCHUWING:
ling nooit terwijl de as draait. Dit kan ernstig letsel
of beschadiging van het gereedschap veroorzaken.
Druk de asvergrendeling in om te voorkomen dat de
as meedraait wanneer u accessoires aanbrengt of
verwijdert.
► Fig.2: 1. Asvergrendeling
Bevestigingspunten van
schakelaarhandgreep
Alleen voor de modellen GA7030R / GA7040R /
GA9030R / GA9040R
LET OP:
Controleer voor gebruik altijd of de
schakelaarhandgreep goed is vergrendeld in de
gewenste stand.
De schakelaarhandgreep kan 90° naar links en naar
rechts worden gedraaid overeenkomstig de behoefte
van uw werkzaamheden. Trek eerst de stekker van het
gereedschap uit het stopcontact. Druk op de vergren-
delknop en draai de schakelaarhandgreep helemaal
naar links of rechts. De schakelaarhandgreep wordt in
die stand vergrendeld.
► Fig.3: 1. Motorhuis 2. Vergrendelknop
3. Handgreep
Bedien de asvergrende-
Werking van de schakelaar
LET OP:
Controleer altijd, voordat u de stek-
ker in het stopcontact steekt, of de trekkerscha-
kelaar op de juiste manier schakelt en weer terug-
keert naar de uit-stand nadat deze is losgelaten.
LET OP:
Denk eraan het gereedschap uit te
schakelen in geval van een stroomstoring of per
ongeluk uitschakelen, zoals wanneer de stekker
uit het stopcontact wordt getrokken. Anders zal
het gereedschap onverwacht worden ingeschakeld
zodra de stroomvoorziening hersteld is, waardoor een
ongeluk of persoonlijk letsel kan ontstaan.
De schakelaar kan, afhankelijk van het land, op drie
verschillende manieren werken.
► Fig.4: 1. Trekkerschakelaar 2. Vergrendelhendel
Voor gereedschap met een
inschakelvergrendeling
Afhankelijk van het land
LET OP:
De schakelaar kan worden ver-
grendeld in de aan-stand ten behoeve van het
gebruikersgemak bij langdurig gebruik. Wees
extra voorzichtig wanneer u de schakelaar in de
aan-stand vergrendelt en houd het gereedschap
altijd stevig vast.
Om het gereedschap te starten, knijpt u gewoon de
trekkerschakelaar in (in de richting B). Laat de trekker-
schakelaar los om het gereedschap te stoppen.
Voor continubedrijf knijpt u de trekkerschakelaar in (in
de richting B) en duwt u vervolgens tegen de vergren-
delhendel (in de richting A).
Om het gereedschap te stoppen vanuit de vergrendelde
stand, knijpt u de trekkerschakelaar helemaal in (in de
richting B) en laat u hem los.
Voor gereedschap met een
uit-vergrendeling
Afhankelijk van het land (inclusief Australië en
Nieuw-Zeeland)
Om te voorkomen dat de trekkerschakelaar per
ongeluk wordt ingeknepen, is een vergrendelhendel
aangebracht.
Om het gereedschap te starten, duwt u tegen de ver-
grendelhendel (in de richting A) en knijpt u vervolgens
de trekkerschakelaar in (in de richting B). Laat de trek-
kerschakelaar los om het gereedschap te stoppen.
KENNISGEVING:
niet hard in zonder de vergrendelhendel te bedie-
nen. Hierdoor kan de schakelaar kapot gaan.
67 NEDERLANDS
Knijp de trekkerschakelaar