5.4 Laden van de LI-accupack (fi g. 11-12)
De accu is beschermd tegen diepe ontlading. Het
apparaat wordt door een geïntegreerde veilig-
heidsschakeling automatisch uitgeschakeld, als
de accu is ontladen.
Waarschuwing! Bedien de Aan/Uit-schakelaar
niet meer als de veiligheidsschakeling het ap-
paraat heeft uitgeschakeld. Dit kan schade aan
de accu tot gevolg hebben.
1. Accupack uit de handgreep trekken, terwijl u
de grendelknop (13) naar beneden drukt.
2. Vergelijk of de netspanning vermeld op het
typeplaatje overeenstemt met de beschikbare
netspanning. Steek de netstekker van de
lader (18) in het stopcontact. De groene LED
begint te knipperen.
3. Schuif de accu op de lader.
Onder punt 12 (indicatie lader) vindt u een tabel
met de betekenissen van de LED-indicatie aan
de lader.
Mocht het laden van de accupack niet mogelijk
zijn, controleer dan:
•
of aan het stopcontact de netspanning aan-
wezig is.
•
of een foutloos contact aan de laadcontacten
van de lader voorhanden is.
Indien het laden van het accupack nog altijd niet
mogelijk is, dan verzoeken wij u
•
de lader en de laadadapter
•
en de accupack
op te sturen aan onze klantendienst.
Voor een deskundige verzending verzoeken
wij u contact op te nemen met onze klan-
tendienst of het verkooppunt waar u het ap-
paraat heeft aangekocht.
Zorg er bij de verzending of verwerking van
accu's resp. het accu apparaat voor dat deze
afzonderlijk worden verpakt in plastic zakken,
om kortsluitingen en brand te vermijden!
In het belang van een lange levensduur van de
accupack is het raadzaam om op tijd voor het
herladen van de accupack te zorgen. Dit is in elk
geval noodzakelijk, wanneer u vaststelt dat het
vermogen van het apparaat afneemt. Ontlaad de
accupack nooit helemaal. Dat leidt tot een defect
van de accupack!
Anl_Fortexxa_18_300_SPK13.indb 112
Anl_Fortexxa_18_300_SPK13.indb 112
NL
5.5 Accu-capaciteitsindicatie (fi g. 12)
Druk op de schakelaar voor accu-capaciteitsindi-
catie (C). De accu-capaciteitsindicatie (D) signa-
leert de laadtoestand van de accu aan de hand
van 3 LEDs.
Alle 3 LEDs branden:
De accu is vol geladen.
2 of 1 LED(s) branden:
De accu beschikt over voldoende restlading.
1 LED knippert:
De accu is leeg, laad de accu op.
Alle LEDs knipperen:
De temperatuur van de accu is te laag. Verwijder
de accu van het apparaat en laat de accu één
dag liggen bij ruimtetemperatuur. Als de fout
opnieuw optreedt, dan werd hij diep ontladen en
is hij defect. Neem de accu van het apparaat. Een
defecte accu mag niet meer gebruikt resp. gela-
den worden.
6. Gebruik
6.1 In-/uitschakelen
Inschakelen
•
Steek de accu aan het apparaat in.
•
De vermogenstrap wordt weergegevens door
twee gekleurde LEDs:
trap I (ECO) →groen
trap II (HIGH) → blauw
•
Om te wisselen tussen de vermogenstrappen
I en II de schakelaar (afb. 1, pos. 20) 1x kort
indrukken.
•
Kettingzaag met beide handen aan de hand-
grepen vasthouden (duim onder de hand-
greep) zoals getoond in fig. 13.
•
Beveiliging tegen onbedoeld inschakelen (fig.
1, pos. 5) blijven indrukken.
•
Kettingzaag inschakelen door op de AAN/
UIT-schakelaar (fig. 1, pos. 6) te drukken. U
kan dan de inschakelbeveiliging terug losla-
ten.
Uitschakelen
AAN/UIT-schakelaar (fi g. 1, pos. 6) loslaten.
De geïntegreerde rem brengt de omlopende
zaagketting in de kortst mogelijke tijd tot stilstand.
Verwijder altijd de netstekker uit het stopcontact
als u het werk onderbreekt.
- 112 -
10.05.2023 14:32:11
10.05.2023 14:32:11