het configureren van het
op volgorde aanzetten van
versterkers
In een geluidssysteem waarin meerdere Classé versterkers zijn opgenomen
wenst u wellicht ze te benoemen b.v. versterker 1, versterker 2, versterker
3 enz. Wanneer u al deze versterkers heeft doorgelust aan een Classé
voorversterker via de CAN Bus verbindingen of het Trigger systeem dan gaan
ze op gespecificeerde volgorde aan en niet allemaal tegelijk. (Als u meerdere
versterkers in één keer aanzet kan dat problemen opleveren voor de elektrische
energievoorziening voor uw woning, leidend tot doorslaande stoppen en
uitslaande circuit onderbrekers.
Het geven van een rangordenummer aan een versterker, voorbeeld:
• Zet de versterker uit (Standby lampje brandt)
• Druk langdurig op de toets "MODE" tot alle kanaalindicators
gaan branden. Wanneer u de toets loslaat knipperen alle lampjes
een bepaald aantal keren achterelkaar (tweemaal wil zeggen dit is
versterker 2).
• Als u het rangordenummer wilt wijzigen, druk dan nogmaals wat
langer op de toets "MODE" totdat alle kanaallampjes branden.
• Vervolgens drukt u , met nog steeds de "MODE" toets
ingedrukt, zoveel maal op de toets "SELECT" als het
rangnummer dat u aan de versterker wilt geven.
• Laat nu de "MODE" toets los. De versterker toont nu door het
aantal malen knipperen van de lampjes het rangordenummer dat
u aan die versterker heeft gegeven.
• Druk tenslotte nogmaals op de toets "SELECT" om dit
configuratieprogramma te verlaten.
4
Het aansluiten op de voorversterker
Wanneer de versterker uit staat en/of niet op het lichtnet is aangesloten
kan u uw CA-2200 op de gekozen aansluitwijze (in stap 3: gebalanceerd
of ongebalanceerd) met uw voorversterker verbinden. Gebruik daar wel
topkwaliteits kabels voor.
Zorg ervoor dat alle verbindingen goed en stevig vastzitten, ook als u
daarvoor de buitenkanten van de cinchpluggen iets moet samenknijpen om
die goede verbinding te bewerkstelligen.
5
Het aansluiten van de luidsprekers
Maak de verbindingen tussen de versterker en uw luidsprekers uitsluitend
met topkwaliteits luidsprekerkabels.
Verbind de zwarte (–) uitgangen van de versterker met de zwarte (–) ingangen
van uw luidsprekers en de rode (+) uitgangen van de versterker met de rode
(+) ingangen van uw luidsprekers. In het geval van "bi-wiring" gebruik
dan dubbele bekabeling of bi-wirebekabeling tussen de versterker en de
luidsprekers: twee gescheiden +/– kabels, één voor de lagetonen en één voor de
midden- en hogetonen. Wees op uw hoede voor kortsluiting tussen de zwarte
(–) en de rode (+) aansluitingen van zowel de versterker als de luidsprekers.
Zorg ervoor dat de verbindingen goed gemaakt worden en niet makkelijk
los kunnen raken, maar overdrijf niet door ze te vast aan te draaien. Als u
een ruk aan de draad kan geven zonder dat ze loslaten dan zitten ze goed
vast. Verder aandraaien maakt geen betere verbinding en kan (in extreme
gevallen) zelfs de pluggen vernielen.
129