OPGELET:
niet te starten als de bougie of de
ontstekingskabel is verwijderd.
Overzicht van de zekeringen
2
4
6
8
1
3
5
7
1. 12V-voeding naar de bedieningsmodule van de
maaier, 20 A
2. Voeding display, 5A
3. Ontstekingsvoeding, 5 A
4. J14 + 12 V, waarschuwingslamp, 10 A
5. J16 + 12 V, extra schakelaar, extra uit, hydraulisch
vermogen, 10 A
6. Parkeerrem / stoel, 10 A
7. Verlichtingsvoeding, 10 A
8. USB, 12 V-aansluiting, 12 V-schakelvoeding, 10 A
9. 12V-geheugenvoeding naar de bedieningsmodule
van de maaier, 3 A
10. 12 V, zekering voor elektrische actuator heffen
maaidek, 30 A
11. Indicatielampje zekering
Een zekering vervangen
Een defecte zekering wordt aangegeven door een
doorgebrande zekeringsdraad. Bij zekering 1-8 geeft
het zekeringsindicatielampje aan of een zekering is
doorgebrand.
De locatie van de zekeringen vindt u in het overzicht
Overzicht van de zekeringen op
van de zekeringen, zie
pagina 171 .
1902 - 008 - 16.02.2024
Probeer de motor
11
9
1. Zoek de defecte zekering:
a) Verwijder het rechterdeksel om de zekeringen 1–
8 te vervangen.
b) Open de motorkap om de zekeringen 9 en 10 te
vervangen.
2. Trek de zekering uit de houder.
3. Vervang de defecte zekering door een nieuwe
zekering van hetzelfde type.
4. Monteer de afdekkingen.
Let op:
Als een hoofdzekering binnen korte tijd nadat
u deze hebt vervangen nogmaals doorbrandt, is er
sprake van kortsluiting. Repareer de kortsluiting voordat
u het product opnieuw gebruikt. Zoek hulp van een
erkende servicewerkplaats.
De accu opladen
•
Laad de accu op wanneer deze te zwak is om de
motor te starten.
•
Gebruik een standaard acculader.
10
171