13 | IJsalert
Het symbool «
Ice Alert» verschijnt en knippert wanneer de temperatuur
van de draadloze sensor tussen -1,0 °C en 2,9 °C (30,2 °F tot 37,3 °F) ligt.
14 | Buitentemperatuurwaarschuwing
Druk op de knop «[
]» om de waarschuwingsfunctie voor buitentempe-
ratuur AAN of UIT te zetten voor het huidige kanaal. Om andere kanalen in te
stellen, gebruikt u de knop «CH» om van kanaal te wisselen.
« HI
» symbool geeft aan dat de waarschuwingsfunctie voor de boven-
grens AAN is, « LO
» symbool geeft aan dat de waarschuwingsfunctie voor
de ondergrens AAN is, en als deze symbolen ontbreken, is de waarschuwings-
functie voor de buitentemperatuur UIT.
Houd de knop «[
]» knop gedurende 2 seconden ingedrukt. Het inges-
telde item knippert en gebruik de knoppen «[ + ]» of «[ - ]» toetsen om de
waarde aan te passen. Druk op de knop «[
het volgende item te gaan. Gebruik de knop «CH» om waarden voor andere
kanalen in te stellen.
Wanneer de buitentemperatuur de voor het kanaal ingestelde limiet overschri-
jdt, knipperen de temperatuurwaarde en het bijbehorende pictogram en klinkt
er een pieptoon zolang de temperatuur boven de ingestelde limiet blijft.
15 | Comfort Indicator
De status van het binnen- en buitencomfort wordt als volgt aangegeven:
Drogen: De luchtvochtigheid is minder dan 40% bij elke temperatuur.
Comfort: De temperatuur ligt tussen 20 - 28 °C (68 - 82,4 °F) met een lucht-
vochtigheid tussen 40 - 70%.
Nat: De luchtvochtigheid is hoger dan 70% bij elke temperatuur.
Geen weergave: Wanneer de temperatuur buiten het bereik van 20 - 28 °C
(68 - 82,4 °F) of de vochtigheid niet binnen 40-70% valt, wordt er geen
comfortweergave weergegeven.
44
]» om te bevestigen en naar
Ref. 3044 - Installatie en gebruikershandleiding
16 | Trendweergave
De huidige temperatuur/luchtvochtigheid/barometerdruk en hun trends
worden weergegeven op het LCD-scherm.
Eenmaal verbonden met de draadloze sensor, kan het hoofdtoestel de
buitentemperatuur/luchtvochtigheid en hun trends weergeven.
17 | Achtergrondverlichting
Druk op de knop «[
]» om de helderheid van de achtergrondverlichting aan
te passen.
Wanneer het apparaat alleen op batterijen werkt (zonder adapter), raakt
u de knop «SNOOZE/LIGHT» eenmaal aan om de achtergrondverlichting
gedurende 10 seconden te activeren.
18 | Beschrijving van de laagspanningsmelding
Wanneer het vermogen van de buitenzender laag is, knippert het symbool voor
laag vermogen « » naast het bijbehorende kanaalnummer weergegeven.
NL
45