Publicité
10
140 DUAL ENVELOPE/ LFO
140 DUAL ENVELOPE/ LFO Controls
Controlli
MANUAL GATE – Tenere premuto
(IT)
(1)
per avviare il ciclo delle buste.
(2)
EXT GATE – Collegare un segnale
di gate per controllare il ciclo
di inviluppo.
ATTACK TIME – Regola la velocità
(3)
con cui l'inviluppo raggiunge la
sua tensione di picco.
DECAY TIME – Regola la velocità
(4)
con cui l'inviluppo decade
dal livello di picco al livello di
sustain designato.
SUSTAIN LEVEL – Controlla il
(5)
livello al quale l'inviluppo rimane
dopo il suo picco ma prima del
rilascio, sostenendolo finché è
presente il segnale in ingresso o
l'interruttore del gate manuale
viene tenuto premuto.
RELEASE TIME – Controlla la
(6)
velocità con cui l'inviluppo cade
dopo che il segnale di ingresso si
arresta o l'interruttore del cancello
manuale viene rilasciato.
ENV OUTPUTS – Invia fino a 2
(7)
forme d'onda positive e una forma
d'onda negativa ad altri moduli
tramite questi connettori di uscita.
(8)
FREQ RANGE – Imposta la gamma
di frequenza di oscillazione
dell'LFO in 3 passaggi.
FREQ – Imposta manualmente la
(9)
frequenza di oscillazione dell'LFO.
(10)
DELAY – Imposta il tempo da
quando viene ricevuto un segnale
trigger fino a quando l'LFO non
riprende a funzionare.
FREQ CV IN – Accetta la tensione
(11)
per il controllo della frequenza LFO
con una sorgente esterna.
TRIGGER – Collega un segnale
(12)
trigger per disattivare l'LFO
fino alla fine del ciclo di trigger.
Funziona insieme al cursore Delay
e il ripristino dell'LFO richiede circa
20 secondi. Il pannello posteriore
dispone di un ponticello che può
essere rimosso se non si desidera
che l'LFO venga riattivato.
OUTPUT LEVEL – Seleziona tra il
(13)
livello di uscita standard o 1/10 per
le prese LFO OUT.
WAVEFORM – Selezionare tra
(14)
seno, triangolo, impulso, dente
di sega o dente di sega inverso
per l'uscita della forma d'onda
dell'LFO.
LFO OUT – Invia l'uscita LFO ad
(15)
altri moduli. Il jack superiore non
è invertente e il jack inferiore
è invertente.
Bediening
MANUAL GATE – Houd ingedrukt
(NL)
(1)
om de envelopcyclus te starten.
(2)
EXT GATE – Sluit een poortsignaal
aan om de envelopcyclus
te regelen.
ATTACK TIME – Past de snelheid
(3)
aan waarmee de envelop zijn
piekspanning bereikt.
DECAY TIME – Past de snelheid
(4)
aan waarmee de envelop
wegsterft van het piekniveau naar
het toegewezen sustainniveau.
SUSTAIN LEVEL – Regelt het
(5)
niveau waarop de omhullende
blijft na zijn piek maar voordat
deze wordt losgelaten, zolang
het ingangssignaal aanwezig is of
de handmatige poortschakelaar
ingedrukt wordt gehouden.
RELEASE TIME – Bepaalt hoe
(6)
snel de envelop valt nadat het
ingangssignaal stopt of de
handmatige poortschakelaar
wordt losgelaten.
ENV OUTPUTS – Stuur tot
(7)
2 positieve golfvormen en
een negatieve golfvorm naar
andere modules via deze
uitgangsconnectoren.
(8)
FREQ RANGE – Stelt het
oscillerende frequentiebereik van
de LFO in 3 stappen in.
11
Quick Start Guide
FREQ – Stelt handmatig de
(9)
oscillatiefrequentie van de LFO in.
(10)
DELAY – Stelt de tijd in vanaf het
moment dat een triggersignaal
wordt ontvangen totdat de LFO
weer begint te werken.
FREQ CV IN – Accepteert
(11)
spanning voor het regelen van
de LFO-frequentie met een
externe bron.
TRIGGER – Sluit een
(12)
triggersignaal aan om de LFO uit
te schakelen tot het einde van de
triggercyclus. Dit werkt samen
met de Delay-schuifregelaar en
het LFO-herstel duurt ongeveer
20 seconden. Het achterpaneel
is voorzien van een jumper die
kan worden verwijderd als u niet
wilt dat de LFO opnieuw wordt
geactiveerd.
OUTPUT LEVEL – Selecteert
(13)
tussen standaard of 1/10e
uitgangsniveau voor de LFO
OUT-aansluitingen.
WAVEFORM – Kies tussen sinus,
(14)
driehoek, puls, zaagtand of
omgekeerde zaagtand voor de
LFO-golfvormuitgang.
LFO OUT – Stuurt de LFO-output
(15)
naar andere modules. De bovenste
aansluiting is niet-inverterend
en de onderste aansluiting
is inverteren.
Publicité
