geschikt is voor ontvlambare koudemiddelen, d.w.z. dat deze vonkvrij, goed afgedicht dan wel
veilig te bedienen is.
8.5 BESCHIKBAARHEID VAN EEN BRANDBLUSSER
Wanneer er werkzaamheden bij hoge temperatuur aan de koelinstallatie of aan de bijbehorende
onderdelen moeten worden verricht, moeten geschikte brandblussers te beschikking staan. Zorg
ervoor dat naast de laadruimte een brandblusapparaat met droog poeder of CO2 beschikbaar is.
8.6 GEEN ONTSTEKINGSBRONNEN
Bij werkzaamheden aan een koelsysteem waarbij leidingen worden blootgesteld die een
ontvlambaar koudemiddel bevatten of hebben bevat, mogen geen ontstekingsbronnen worden
gebruikt op een wijze dat gevaar voor brand of ontploffing ontstaat. Alle mogelijke
ontstekingsbronnen, met inbegrip van sigarettenrook, moeten op voldoende afstand worden
gehouden van de plaats van installatie, reparatie, verwijdering en afvoer waar brandbaar
koudemiddel in de omringende ruimte kan vrijkomen. Voor het uitvoeren van de werkzaamheden
moet de omgeving van het apparaat worden geïnspecteerd om zeker te stellen dat er geen
brand- of ontstekingsgevaar bestaat. Er moeten borden worden geplaatst die wijzen op
rookverbod.
8.7 GEVENTILEERDE RUIMTE
Zorg ervoor dat de betrokken ruimte zich in de open lucht bevindt of voldoende wordt
geventileerd alvorens het systeem te betreden of hete werkzaamheden uit te voeren. Tijdens de
werkzaamheden moet voor voldoende ventilatie worden gezorgd. De ventilatie moet het
vrijkomende koudemiddel veilig afvoeren, bij voorkeur in de buitenlucht.
8.8 CONTROLE VAN HET APPARAAT
Wanneer elektrische onderdelen moeten worden vervangen, moeten deze in overeenstemming
zijn met het beoogde gebruik en over de juiste specificatie beschikken. De onderhouds- en
servicerichtlijnen van de fabrikant moeten altijd worden opgevolgd. Neem in geval van twijfel
contact op met de technische dienst van de fabrikant.
Op systemen met ontvlambare koudemiddelen moeten de volgende controles worden
uitgevoerd:
De grootte van de vulling komt overeen met de grootte van de ruimte waarin de onderdelen
•
die het koudemiddel bevatten zijn geïnstalleerd.
De machine- en ventilatieopeningen functioneren naar behoren en zijn niet geblokkeerd.
•
Indien een indirect koudemiddelcircuit wordt gebruikt, moet worden gecontroleerd of er
•
koudemiddel in het secundaire circuit aanwezig is.
De aanduidingen op de apparaten blijven zichtbaar en leesbaar. Onleesbare aanduidingen
•
en markeringen moeten worden hersteld.
De koudemiddelleidingen of -componenten moeten zodanig zijn geïnstalleerd dat zij naar
•
alle waarschijnlijkheid niet zullen worden blootgesteld aan stoffen die het koudemiddel
kunnen aantasten, tenzij die componenten van corrosiebestendig materiaal zijn gemaakt of
afdoende tegen corrosie zijn beschermd.
8.9 ELEKTRONISCHE CONTROLE
Reparatie en onderhoud van elektrische onderdelen vereist eerste veiligheidscontroles en
procedures ter controle van de onderdelen. Bij een defect dat de veiligheid in gevaar kan brengen,
mag er geen stroomvoorziening op het circuit worden aangesloten totdat het defect op adequate
112
www.DEUBAXXL.de