Voor het in het apparaat inruimen
van grote hoeveelheden levens-
middelen Supervriezen inschake-
len.
¡ De deur van het vriesvak is te lang
geopend.
Controleer of het diepvriesproduct
deels of geheel is ontdooid.
Temperatuuralarm uitschakelen
indrukken.
▶
a Het waarschuwingssignaal is uitge-
schakeld.
a De temperatuurindicatie (vriesvak)
geeft kort de warmste temperatuur
weer die in het vriesvak heeft ge-
heerst. Daarna toont de tempera-
tuurindicatie (vriesvak) opnieuw de
ingestelde temperatuur.
a Vanaf dit moment wordt de warm-
ste temperatuur opnieuw bepaald
en in het geheugen opgeslagen.
brandt als de ingestelde tem-
a
peratuur opnieuw is bereikt.
10 Koelvak
In het koelvak kunt u melkproducten,
eieren, bereide gerechten, brood en
banket, geopende conservenblikken
en harde kaas bewaren.
De temperatuur is van 3 °C tot 8 °C
instelbaar.
Door de koelopslag kunt u ook licht
bederfelijke levensmiddelen op korte
of middellange termijn bewaren. Hoe
lager de gekozen temperatuur is, des
te langer blijven de levensmiddelen
vers.
10.1 Tips voor het bewaren
van levensmiddelen in
het koelvak
¡ Alleen verse en onbeschadigde le-
vensmiddelen inruimen.
¡ Bewaar de levensmiddelen lucht-
dicht verpakt of afgedekt.
¡ Om de luchtcirculatie niet te hinde-
ren en het bevriezen van levens-
middelen te vermijden, de levens-
middelen niet direct tegen de ach-
terwand plaatsen.
¡ Laat warme etenswaren en dran-
ken eerst afkoelen.
¡ Houd de door de fabrikant vermel-
de houdbaarheidsdatum of ge-
bruiksdatum in acht.
10.2 Koudezones in het koel-
vak
Door de luchtcirculatie in et koelvak
ontstaan verschillende koudezones.
Koudste zone
De koudste zone is op de schei-
dingsplaat en in het deurrek voor
grote flessen.
Tip: Bewaar snel bedervende levens-
middelen in de verskoelruimte, bijv.
vis, worst en vlees.
→ "Verskoelruimte", Pagina 109
Warmste zone
De warmste zone bevindt zich hele-
maal bovenaan in de deur.
Tip: Bewaar minder gevoelige le-
vensmiddelen in de warmste zone,
bijv. harde kaas en boter. Hierdoor
komt het aroma van de kaas beter
tot ontwikkeling en blijft de boter
smeerbaar.
11 Verskoelruimte
In de verskoelruimte kunt u verse le-
vensmiddelen tot drie keer langer
vers houden dan in het koelvak.
De temperatuur in de verskoelruimte
wordt op circa 0 °C gehouden.
Koelvak nl
109