Om warmteophoping te voorkomen is goede ventilatie vereist voor een
juiste bedrijfsomgeving.
Sla het apparaat op een droge, goed geventileerde, bijtend-gas-vrije
omgeving op, zonder direct zonlicht, en zonder verwarmingsbronnen in
de omgeving.
Vermijd vuur, water en explosieve omgeving wanneer u het apparaat
gebruikt.
Installeer het apparaat zodanig dat blikseminslagen kunnen worden
vermeden. Zorg voor een overspanningsbeveiliging bij de inlaatopening
van de apparatuur onder speciale omstandigheden, zoals op een
bergtop, ijzeren toren en in het bos.
Houd het toestel uit de buurt van magnetische velden.
Vermijd installatie van het apparaat op trillende oppervlakken of
plaatsen. Als u zich hier niet aan houdt, dan kan dit schade aan het
apparaat veroorzaken.
Raak de warmteafvoercomponent NIET aan om brandwonden te
voorkomen.
Stel het apparaat NIET bloot aan extreem hete, koude of vochtige
omgevingen. Zie voor temperatuur- en luchtvochtigheidsvereisten de
apparaatspecificaties.
Plaats geen bronnen met open vuur, zoals brandende kaarsen, op het
apparaat.
Raak de scherpe randen of hoeken NIET aan.
Luister niet langdurig naar geluid met een hoog volume om mogelijke
gehoorbeschadiging te voorkomen.
Plaats de apparatuur nooit op een onstabiele plaats. De apparatuur kan
dan vallen, wat ernstig letsel of de dood tot gevolg kan hebben.
Installeer veiligheidsvoorzieningen, indien nodig. Controleer regelmatig.
Als er rook, geur of geluid uit het apparaat komt, schakel het dan
onmiddellijk uit, haal de stekker van het netsnoer uit het stopcontact en
neem contact op met het servicecentrum.
Neem, als het apparaat niet naar behoren werkt, contact op met de
winkel waar u het hebt aangeschaft of ga naar het dichtstbijzijnde
servicecentrum.
ongeoorloofde wijze (Het bedrijf accepteert geen verantwoordelijkheid
Demonteer
of
36
wijzig
het
apparaat
NIET
op