NL Originele instructies
Veiligheid .................................................................... 39
Identificatie van de onderdelen .................................. 40
Montage ..................................................................... 40
Kabel Bijstellen ........................................................... 41
Accu (Elektrische starter)* .......................................... 41
Bediening ................................................................... 41
Watermondstuk .......................................................... 42
Olie verversen ............................................................ 42
Luchtfilter .................................................................... 43
Mes ............................................................................ 43
Bougie ........................................................................ 43
Opslag en onderhoud ................................................. 43
Garantie ..................................................................... 43
Technische specificaties ............................................ 59
Problemen oplossen .................................................. 68
CE Certificaat van Conformiteit .................................. 71
Veiligheid
Installatie
Plaats geen handen of voeten naast of onder
draaiende delen.
Lees deze handleiding zorgvuldig Zorg ervoor dat u
de verschillende bedieningsknoppen, instellingen
en hendels van de apparatuur kent.
Weet hoe u de eenheid moet stilzetten en zorg
ervoor dat u bekend bent met de noodstop.
Sta nooit toe dat kinderen of mensen die niet
bekend zijn met deze instructies het apparaat
gebruiken. Wees erop attent, dat plaatselijke
regelgeving de leeftijd van de operator kan
beperken.
Gebruik het apparaat niet als u zich onwel of moe
voelt of als u alcohol of drugs heeft gebruikt.
Inspecteer het apparaat altijd voor gebruik. Zorg
ervoor dat er geen versleten of beschadigde
onderdelen zijn.
Vervang versleten of beschadigde elementen en
bouten paarsgewijs om balans te behouden.
De operator van het apparaat is verantwoordelijk
voor de veiligheid van mensen.
Gebruik het apparaat nooit in de buurt van
kinderen of dieren.
De operator van het apparaat wordt aansprakelijk
gehouden voor eventuele ongelukken of letsel aan
derden en hun eigendommen.
Inspecteer het gebied waar het apparaat gebruikt
wordt zorgvuldig en verplaats, indien nodig,
eventuele vreemde voorwerpen.
Geen brandstof bijvullen als het apparaat binnen
staat of wanneer de motor draait.
Gemorste benzine is extreem brandbaar, nooit
bijvullen als de motor nog heet is.
Veeg eventueel gemorste benzine af voordat u de
motor start. Gemorste benzine op een hete motor
kan brand of een explosie veroorzaken!
Laarzen met antislip zolen met stalen mantel zijn
verplicht. Vermijd ruimvallende kleding.
Bediening
Stop de motor onmiddellijk na het raken van een
vreemd voorwerp, verwijder de bougiedop en
controleer de motor grondig op beschadigingen.
Repareer de beschadigingen voordat u verder
gaat.
Wanneer het apparaat overmatig begint te trillen
stopt u de motor en controleert u meteen wat de
oorzaak is. Trillingen zijn meestal een
waarschuwing voor beschadigingen.
Schakel de motor altijd uit en zorg ervoor dat alle
bewegende delen geheel gestopt zijn, voordat u
eventuele reparaties, aanpassingen of inspecties
uitvoert.
Wees extreem voorzichtig bij gebruik op hellingen.
Gebruik het apparaat nooit op hoge snelheid.
Overbelast de capaciteit van het apparaat niet door
te proberen een te hoge snelheid te hanteren.
Vervoer geen passagiers.
Sta nooit toe dat er omstanders vóór de eenheid
staan.
Gebruik het apparaat alleen bij daglicht of in
volledig verlichte gebieden.
Zorg voor een stabiele positie en houdt de hendels
altijd stevig vast. Zorg dat u altijd loopt, nooit
rennen.
Gebruik het apparaat niet als u op blote voeten
loopt of sandalen draagt.
Wees extreem voorzichtig wanneer u van richting
verandert op hellingen.
Probeer nooit aanpassingen te doen, terwijl de
motor nog loopt.
Wees extreem voorzichtig wanneer u achteruit rijdt
of het apparaat achteruit trekt.
Gebruik het apparaat nooit binnen of in gebieden
met weinig ventilatie. De uitlaatgassen van het
apparaat bevat koolmonoxide. Nalaten om te
controleren kan leiden tot blijvend letsel of
overlijden.
Benzine veiligheid
Wees extreem voorzichtig bij het gebruik van
benzine.
Benzine is extreem ontvlambaar en de dampen zijn
explosief. Er kan ernstig persoonlijk letsel ontstaan
als benzine op uzelf of uw kleding wordt gemorst.
Reinig uw huid en trek onmiddellijk andere kleren
aan!
Gebruik alleen een goedgekeurd benzinereservoir.
Gebruik geen frisdrankflessen en dergelijke!
Doof alle sigaretten, sigaren, pijpen en andere
ontstekingsbronnen.
Vul uw apparaat nooit bij als het binnen staat.
Laat de motor afkoelen voordat u deze bijvult.
Vul de benzinetank nooit verder dan 2.5 cm onder
de vuller, zodat de brandstof de ruimte heeft om uit
te zetten.
Zorg er na het bijvullen voor, dat de dop goed
dichtgedraaid is.
Gebruik bij het bijvullen nooit de vastzetinrichting
op het benzinepistool.
Niet roken tijdens het bijvullen.
Vul nooit benzine bij in een gebouw of op plekken
waar de benzinedampen in aanraking kunnen
komen met een ontstekingsbron.
Houd benzine en motor uit de buurt van
apparatuur, waakvlammen, barbecues, elektrische
apparaten, elektrisch gereedschap, etc.
Onderhoud en opslag
De motor moet stilgezet worden tijdens het
uitvoeren van onderhoud en
schoonmaakwerkzaamheden, tijdens het
vervangen van gereedschap en tijdens het
transport met middelen, anders dan zijn eigen
vermogen.
Controleer regelmatig of alle bouten en moeren
goed vastzitten. Draai deze zo nodig vast.
39