CD
Zie pagina 13 voor meer informatie over het
selecteren van een CD/MD-wisselaar.
Displayitems
A WMA-/MP3-aanduiding
B Bron
C Tracknummer/verstreken speelduur, disc-/
artiestennaam, albumnummer*
tracknaam, tekstinformatie*
*1 Het albumnummer wordt alleen weergegeven als
het album wordt gewijzigd.
*2 Wanneer u een MP3 afspeelt, wordt ID3-tag
weergegeven en wanneer u een WMA afspeelt,
wordt WMA-tag weergegeven.
Als u de displayitems C wilt wijzigen, drukt u
op (DSPL). Wilt u de displayitems C rollen,
dan drukt u op (SCRL) op de
kaartafstandsbediening of stelt u "A.SCRL-ON"
in (pagina 12).
Tip
De weergegeven items zijn afhankelijk van het
disctype, de opname-indeling en de instellingen. Zie
pagina 15 voor meer informatie over MP3/WMA.
Herhaaldelijk en willekeurig
afspelen
1
Druk tijdens het afspelen herhaaldelijk
op (3) (REP) of (4) (SHUF) tot de
gewenste instelling wordt
weergegeven.
Selecteer
TRACK
ALBUM*
SHUF ALBUM*
SHUF DISC
* Bij het afspelen van een MP3-/WMA-bestand.
Als u wilt terugkeren naar de normale
weergavestand, selecteert u "
OFF".
8
1
, albumnaam,
2
, klok
Actie
Track herhaaldelijk
afspelen.
Album herhaaldelijk
afspelen.
Album in willekeurige
volgorde afspelen.
Disc in willekeurige
volgorde afspelen.
OFF" of "SHUF
Radio
Zenders opslaan en ontvangen
Let op
Als u afstemt op zenders tijdens het rijden, moet
u de BTM-functie (geheugen voor beste
afstemming) gebruiken om ongelukken te
vermijden.
Automatisch opslaan — BTM
1
Druk herhaaldelijk op (SOURCE) tot
"TUNER" wordt weergegeven.
Druk herhaaldelijk op (MODE) om de band
te wijzigen. U kunt FM1, FM2, FM3, MW of
LW selecteren.
2
Houd de selectietoets ingedrukt.
Het instelvenster wordt weergegeven.
3
Druk herhaaldelijk op de selectietoets
tot "BTM" wordt weergegeven.
4
Druk op (SEEK) +.
Het apparaat slaat de zenders in de volgorde
van frequentie op onder de cijfertoetsen.
Er klinkt een pieptoon wanneer de instelling
is opgeslagen.
Handmatig opslaan
1
Als u de zender ontvangt die u wilt
opslaan, houdt u een cijfertoets ((1)
tot en met (6)) ingedrukt tot "MEM"
wordt weergegeven.
De aanduiding voor de cijfertoets verschijnt
in het display.
Opmerking
Als u een andere zender opslaat onder dezelfde
cijfertoets, wordt de eerder opgeslagen zender
vervangen.
Tip
Als een RDS-zender wordt opgeslagen, wordt de AF-/
TA-instelling ook opgeslagen (pagina 9).
De opgeslagen zenders ontvangen
1
Selecteer de band en druk vervolgens
op een cijfertoets ((1) tot en met (6)).
Automatisch afstemmen
1
Selecteer de band en druk op
(SEEK) –/+ om de zender te zoeken.
Het zoeken stopt zodra een zender wordt
ontvangen. Herhaal deze procedure tot de
gewenste zender wordt ontvangen.