minstens 30 cm afstand tot de straal!
Reinigingswerkzaamheden waarbij oliehou-
dend afvalwater ontstaat, zoals het afspuiten
van motoren of bodemplaten van voertuigen,
mogen alleen worden uitgevoerd op wasplaat-
sen die over een olie-afscheider beschikken.
Houd minstens 30 cm afstand tot de straal bij
het reinigen van gelakte oppervlakken, om
beschadigingen te voorkomen.
Zuig nooit oplosmiddelhoudende vloeistof of
onverdunde zuren en oplosmiddelen op! Tot
deze stoffen behoren o.a. benzine, verfver-
dunner en stookolie. De sproeinevel is zeer
licht ontvlambaar, explosief en giftig. Gebruik
geen aceton, onverdund zuur of oplosmiddel,
omdat die inwerken op de in het apparaat ver-
werkte materialen.
Draag als bescherming tegen opspattend wa-
ter geschikte beschermende kleding en een
veiligheidsbril.
Laat het apparaat nooit onbeheerd, zolang
het in bedrijf is.
Waarschuwing: dit apparaat werd ontwikkeld
voor gebruik met reinigingsmiddelen, die door
de fabrikant worden geleverd of aanbevolen.
Het gebruik van andere reinigingsmiddelen of
chemicaliën kan de veiligheid van het appa-
raat nadelig beïnvloeden.
Elektrische aansluitingen
Let erop dat netaansluiting en verlengingskabel
niet beschadigd raken door eroverheen rijden,
knellen, trekken en dergelijke. Bescherm de
netkabels tegen hitte, olie en scherpe randen.
Gebruik nooit netaansluit- of verlengingskabels
die defect zijn! Als de aansluitkabel beschadigd
is, moet deze worden vervangen door een spe-
ciale aansluitkabel, die verkrijgbaar is bij de fa-
brikant of diens technische dienst.
Raak netstekker en contactdoos nooit met
vochtige handen aan!
De overgang netaansluiting – verlengingska-
bel mag niet in het water liggen.
Alle stroomvoerende voorwerpen binnen het
werkgebied moeten spuitwaterdicht zijn.
Het apparaat mag alleen op een elektrische
aansluiting worden aangesloten, die door een
elektro-installateur overeenkomstig IEC
60364 is uitgerust.
Het apparaat mag uitsluitend worden aanges-
loten op wisselstroom. De spanning moet de-
zelfde zijn als die op het typeplaatje van het
apparaat staat vermeld.
4
Nederlands
Minimale zekering van de contactdoos: 10 A
(traag).
Ter voorkoming van ongevallen met de elek-
triciteit adviseren wij, contactdozen met voor-
geschakelde verliesstroomschakelaar
(maximaal 30 mA nominale afschakelstroom)
te gebruiken.
Waarschuwing: ongeschikte verlengingska-
bels kunnen gevaarlijk zijn. Gebruik in de vrije
ruimte alleen daarvoor goedgekeurde en die-
novereenkomstig gemerkte verlengingska-
bels van voldoende diameter:
1 – 10 m: 1,5 mm
Steker en koppeling van gebruikte verlen-
gingskabels moeten waterdicht zijn.
De verlengingskabel moet steeds helemaal
van de haspel worden afgerold.
Veiligheidsvoorzieningen
Veiligheidsvoorzieningen dienen ter bescherming
tegen verwondingen en mogen niet worden gewij-
zigd of omzeild.
Hoofdschakelaar
Deze schakelaar voorkomt dat het apparaat on-
bedoeld gaat werken. Schakel het apparaat bij
pauzes of als u met het werk ophoudt, uit.
Veiligheidspal
De veiligheidspal op het handspuitpistool voor-
komt ongewild inschakelen van het apparaat.
; 10 - 30 m: 2,5 mm
2
2