GEBRUIK
Oven gebruiken
Functieknop oven
Temperatuurknop
Grill-instelling
(ook regulier 250 °C)
NL 14
De oven heeft 10 ovenfuncties en 1 reinigingsfunctie. Raadpleeg de tabel
en kies de juiste ovenfunctie voor het gerecht.
1. Zet het gerecht in de oven.
Voor de meeste gerechten moet u de oven eerst voorverwarmen.
2. Draai de 'Functieknop oven' naar de gewenste instelling.
3. Stel met de 'temperatuurknop' de gewenste temperatuur in
(tussen 50-275
.
°C)
Als u een instelling kiest met 'kleine grill/grote grill', dan draait u de
'temperatuurknop' naar de grill-instelling.
4. Selecteer desgewenst een bereidingstijd door op de 'timer-toets' te
drukken en stel met de 'minder- of meer-toets' de gewenste tijd in.
5. Druk op de 'start/stop-toets'.
De ingestelde ovenfunctie wordt gestart en de oven wordt tot de
geselecteerde temperatuur verwarmd. Het temperatuursymbool in
de display brandt. Als de geselecteerde temperatuur is bereikt, gaat
het temperatuursymbool in de display uit.
Opmerkingen
• De temperatuur kan tijdens de bereidingstijd worden gewijzigd.
• Bereidingstijden zijn ruwe schattingen en kunnen afhankelijk van
een aantal voorwaarden variëren.
• Voor een aantal gerechten moet de oven worden voorverwarmd.
• Als u ovenpapier gebruikt, moet dit bestand zijn tegen hoge
temperaturen.
• Tijdens het bereiden van grotere stukken vlees of gerechten waarin
deeg is verwerkt, zoals pastei, komt veel stoom vrij dat op de
ovendeur kan condenseren. Dit is een normaal verschijnsel dat
niet van invloed is op het functioneren van het apparaat. Veeg na
beëindiging van het bereidingsproces de deur en het glas droog.
• Voorkom dat er condensatie (dauw) ontstaat en laat het gerecht dat
is verhit niet afkoelen in een gesloten oven.