man_S20xx.qxd
12-03-2009
G
STORINGEN VERHELPEN
VOORZICHTIG!
Stop bij een eventuele storing (brandlucht,etc.) onmiddellijk de werking, trek de stekker uit het
stopcontact en raadpleeg uw verkooppunt. Voer voordat u om service verzoekt de volgende
controles uit:
Probleem
Het systeem begint niet onmiddellijk weer met
werken.
Er ontstaan geuren.
Er zijn geluiden te horen.
Lucht stroomt niet (binnenunit).
Luchtstroomsnelheid kan niet worden
veranderd.
Koelen/verwarmen is niet toereikend.
Het indicatielampje op de draadloze
afstandsbediening is zwak. Het indicatorlampje
verzwakt wanneer signalen worden
verzonden. Er wordt geen indicatie getoond op
de draadloze afstandsbediening.
Nevel (binnenunit)
Damp (buitenunit)
Trek bij noodgevallen tijdens de werking, zoals een storing, blokkering of niet-werkende afstandsbediening
veroorzaakt door bliksemschade of een autoradiotransmitter, de stekker uit het stopcontact en wacht drie
minuten. Steek dan de stekker weer in het stopcontact en druk op de ON/OFF (AAN/UIT) knop op de
afstandsbediening.
12:32
Pagina 59
Oorzaak/oplossing
Dit is ter bescherming van het systeem. Nadat werking is gestopt,
duurt het ongeveer 3 min totdat het systeem weer gaat werken.
Dit komt doordat het systeem geuren uit de binnenlucht laat
circuleren zoals de geur van sigaretten, cosmetica, de muren of
meubels.
Als wordt begonnen met koelen of gestopt met verwarmen, kan er
een suizend of klokkend geluid worden waargenomen. Dit geluid
ontstaat doordat het koelmiddel door de airconditioner stroomt.
Wanneer het systeem begint of stopt met werken, kan er een
krakend geluid worden waargenomen. Dit geluid wordt veroorzaakt
doordat temperatuurveranderingen de behuizing doen uitzetten of
krimpen.
Er kan tijdens de werking een suizend geluid worden waargenomen.
Dit geluid ontstaat wanneer het koelmiddel van richting verandert.
Tijdens werking in droogmodus kan de lucht niet uitstromen om
overmatige koeling te voorkomen.
Tijdens verwarmen stroomt de lucht niet uit totdat de lucht voldoende
warm is om een koude luchtstroom te voorkomen. Tijdens ontdooien
in verwarmmodus kan de lucht niet stromen.
De koeling/verwarmingfunctie werkt mogelijk niet effectief als de
luchtfilter verstopt is geraakt met stof en vuil.
Controleer of de kamertemperatuur het ingestelde niveau nog niet
heeft bereikt.
Controleer of de luchtstroomsnelheid niet op "LO" (laag) is ingesteld.
Zorg dat de inlaat of uitlaat van de buitenunit niet is geblokkeerd.
Gebruik extra verwarmingstoestellen als de kamertemperatuur het
vereiste niveau niet heeft bereikt vanwege lage
omgevingstemperaturen.
Controleer of de droge batterijen nog genoeg lading hebben. Gebruik
droge R-03 (AAA) batterijen. Vervang lege batterijen door nieuwe.
Controleer of de droge batterijen conform de juiste polariteit geplaatst
zijn.
Dit wordt veroorzaakt door koude lucht tijdens koelen.
Dit wordt veroorzaakt door het ontdooien van de buitenunit tijdens
verwarmen.
1
59