9. Aanwijzingen voor het gebruik
- Let er bij het rijden op dat de afstandsbediening
altijd op de trein is gericht.
- Raakt de trein buiten het bereik van de afstand-
bediening (ca. 6 m) dan rijdt het wel door, maar
kan niet meer bestuurt worden.
- Afstandsbediening altijd in de richting van de
trein houden.
- Er mag zich geen hindernis tussen de trein en
de afstandsbediening bevinden.
- De afstandsbediening niet van de trein afwen-
den.
40