1. Zet de filterpomp aan. Controleer of er sprake is van lekkages en of het water van en
naar het zwembad stroomt.
2. Druk op de Aan-/Uit-knop op het bedieningspaneel om het te activeren; op het display ziet
u de temperaturen bij de watertoevoer en -afvoer. De eenheid start na afloop van de
vertragingstijd (zie de paragraaf "Vertragingstijd").
3. Controleer na een paar minuten of de lucht die uit de warmtepompventilator stroomt koeler is.
4. Als de filterpomp wordt uitgeschakeld, moet de warmtepomp ook automatisch uitgeschakeld
worden; is dit niet het geval, moet de volumestroomschakelaar worden afgesteld (dit kan
alleen door een gekwalificeerde monteur worden uitgevoerd).
5. Laat de warmtepomp en de filterpomp 24 uur per dag draaien totdat de gewenste
watertemperatuur is bereikt. De warmtepomp stopt op dat moment met draaien. Vervolgens
start hij automatisch weer (mits de filterpomp blijft draaien) zodra de watertemperatuur in
het zwembad 2 graden onder de ingestelde temperatuur is gezakt.
6. Zie voor het instellen van de watertemperatuur en het programmeren van de
warmtepomp de paragraaf "Bediening display bedieningspaneel" voor details.
Afhankelijk van de begintemperatuur van het zwembadwater en van de omgevingslucht, kan het
verscheidene dagen duren voordat het zwembadwater de gewenste temperatuur heeft bereikt.
Een goed afdekzeil op het zwembad kan de verwarmingstijd verminderen.
Vertragingstijd
De warmtepomp is voorzien van een ingebouwde startvertraging van 1 à 2 minuten om de
onderdelen van het bedieningssysteem te beschermen en excessieve herstartcyclussen te
voorkomen. De eenheid herstart automatisch nadat deze vertragingstijd is afgelopen. Zelfs een
korte stroomonderbreking activeert deze tijdvertraging en voorkomt dat de eenheid onmiddellijk
herstart. Meerdere stroomonderbrekingen tijdens dit vertragingsinterval hebben geen invloed op
de vertragingstijd van 1 à 2 minuten.
Watervolumestroomschakelaar
De warmtepomp is uitgerust met een volumestroomschakelaar, ter beveiliging tegen het draaien
zonder voldoende waterdebiet. Hij wordt ingeschakeld als de pomp begint te draaien en
uitgeschakeld als de pomp wordt uitgeschakeld. Als het niveau van het zwembadwater hoger
dan 1 m boven of onder de afstelknop van de automatische volumestroomschakelaar van de
warmtepomp uitkomt, moet uw gekwalificeerde monteur mogelijk de basisinstelling van het
waterdebiet opnieuw instellen.
INSTALLATIE-INSTRUCTIES
NL