Schakel de oven uit en wacht tot deze is afgekoeld. Plaats de accessoires en de verwijderbare inschuifrails in de
6. DAGELIJKS GEBRUIK
WAARSCHUWING!
Raadpleeg de hoofdstukken Veiligheid.
6.1 Instellen: Verwarmingsfunctie
Stap 1
Draai aan de knop voor de verwar‐
mingsfuncties om een verwarmings‐
functie te selecteren.
6.2 Verwarmingsfuncties
Verwarmingsfunctie
Uit-positie
Onderwarmte
Grillen
Intens grillen
Boven + onderwarm‐
te / Aqua Clean
Conventioneel bakken Deze functie is ontworpen om tijdens de bereiding energie te bespa‐
6.3 Opmerkingen
over:Conventioneel bakken
Deze functie werd gebruikt om te voldoen
aan de eisen van de energie-efficiëntieklasse
en het ecologisch ontwerp (volgens EU
65/2014 en EU 66/2014). Tests volgens:
IEC/EN 60350-1.
10
NEDERLANDS
oven.
Stap 2
Stap 3
Toepassing
De oven staat uit.
Voor het bakken van taarten met een krokante bodem en het bewa‐
ren van voedsel.
Om dunne stukken voedsel te grillen en brood te roosteren.
Voor het roosteren van grote hoeveelheden dunne stukken voedsel
en voor het maken van toast.
Voor het bakken en roosteren op één ovenniveau.
Zie het hoofdstuk "Onderhoud en reiniging" voor meer informatie
over: Aqua Clean.
ren. Bij het gebruik van deze functie kan de temperatuur in de ruimte
verschillen van de ingestelde temperatuur. Het verwarmingsvermo‐
gen kan worden verminderd. Raadpleeg voor meer informatie het
hoofdstuk "Dagelijks gebruik", opmerkingen op: Conventioneel bak‐
ken.
De ovendeur dient tijdens de bereiding
gesloten te zijn zodat de functie niet wordt
onderbroken en de oven werkt op de hoogst
mogelijke energie-efficiëntie.
Bij gebruik van deze functie gaat de
verlichting automatisch uit.
Voor de bereidingsinstructies raadpleegt u
het hoofdstuk "Aanwijzingen en
Draai aan de regelknop om de tempera‐
tuur te selecteren.
Draai wanneer het bereiden stopt aan
de knoppen naar de uit-stand om de
oven uit te schakelen.