4
Uw SpeechMike gebruiken
In dit hoofdstuk wordt beschreven hoe
de SpeechMike met de Philips SpeechExec-
dicteersoftware moet worden gebruikt. Als
de SpeechMike met derdensoftware, anders
dan Philips SpeechExec, wordt gebruikt, kunnen
sommige functies niet aanwezig zijn of anders
werken. Voor gedetailleerde informatie
raadpleegt u de met de software meegeleverde
documentatie.
4.1
Een opname creëren
De dicteermicrofoon moet met behulp
1
van de USB-kabel zijn aangesloten op de
computer.
Start de SpeechExec-dicteersoftware.
2
Zet de schuif in de stand
3
nieuwe opname te creëren en begin te
spreken.
•
Het opnamevenster wordt weergegeven.
•
Tijdens het opnemen brandt het
opnamecontrolelampje rood (in de
overschrijfstand) of groen (in de invoegstand).
Om met het opnemen te stoppen, zet u de
4
schuifschakelaar in de stand f.
Druk op de toets
5
opname als voltooid te markeren.
•
Het dicteerbestand wordt naar de map
Voltooide dictaten
•
Het opnamevenster wordt gesloten en het
werklijstvenster wordt weergegeven.
Om de prioriteitsstatus aan de opname toe
6
te wijzen, drukt u binnen een halve seconde
nogmaals op de toets
D Opmerking
Voor de beste resultaten, spreekt u duidelijk
en houdt u de microfoon op een afstand van
ongeveer 10 tot 15 centimeter van uw mond.
Gebruikershandleiding
om een
REC
om de
• E OL/• • P RIO
verplaatst.
.
• E OL/• • P RIO
4.2
Gebruik de barcodescanner
(LFH3310)
Druk op de scan triggerknop en scan de
1
barcode. Wanneer de barcode wordt
herkend, geeft de SpeechMike een pieptoon
en wordt de barcode informatie ingevoegd
in de huidige actieve applicatie alsof het
streepjescodenummer getal per getal werd
ingetypt.
D Opmerking
De barcodescanner kan scannen tot een afstand
van 30 cm.
79