Informatiepaneel
Rood indicatielampje
Service vereist
Geel indicatielampje
Wielen draaien
geactiveerd
Groen indicatielampje
Lage snelheid geactiveerd
Knop voor lage snelheid
Rood indicatielampje - Een constant rood lampje geeft aan dat service vereist is. Als het knippert
in combinatie met een van de lampjes van de accu-indicator: foutcode, zie probleemoplossing.
Als het knippert en de lampjes van de accu-indicator niet branden, moet de accu opgeladen
worden.
Geel indicatielampje - Als het constant brandt, zijn de achterwielen gedraaid. De lift kan dan alleen
zijwaarts verplaatst worden. Als het lampje uit is, staan de wielen in de normale positie en kan de
lift voor- en achteruit worden gereden.
Groen indicatielampje - Als het constant brandt is de lage snelheid ingeschakeld. Als het knippert,
is een kalibratie vereist. (Uitschakelen, 10 seconden wachten en weer inschakelen.) Geen lampje:
normale toestand.
Accuniveau - Constant brandende lampjes geven de resterende acculading aan. Een knipperend
lampje duidt op een fout. Een servicemonteur kan de oorzaak van de fout bepalen.
Aan-uitknop - Licht indrukken om het systeem te activeren. (Wacht ongeveer 2 seconden voordat
u het systeem bedient.) Druk er nogmaals op om het systeem te deactiveren.
Knop voor lage snelheid - Eenmaal indrukken om het systeem in te stellen op lage snelheid (het
groene lampje gaat branden). Nogmaals drukken om de normale werking te herstellen (het
lampje gaat uit).
Bediening voor richting van achterwielen - Druk op de linkerknop om de achterwielen in een
optionele hoek te zetten. Druk op de rechterknop om de normale wielinstelling te herstellen. De
beweging stopt zodra de knop wordt losgelaten.
94
Bediening voor richting van achterwielen
Indicator
accuniveau
Aan-uitknop
I N S T R U C T I O N S F O R U S E