All manuals and user guides at all-guides.com
BEDRIJF
OM DE VERWARMER AAN TE SCHAKELEN
Controleer of de dichting van de regelaar correct aangesloten is en zijn functie
kan vervullen.
a)
Open de gasklep aan de gasfles.
b)
Druk en draai de verstelbare regelknop (5) naar de WAAKVLAM-positie ( 90°
tegenwijzerzin).
c)
Druk de verstelbare knop in en houd deze ingedrukt gedurende 30 seconden.
Druk, tijdens het ingedrukt houden van de verstelbare regelknop, verschil-
lende malen op de ontsteek-knop totdat de waakvlam aan is. Laat de verstel-
bare regelknop 10~20 seconden na ontsteking los.
Merk op
1.
Wanneer er net een nieuwe fles is aangesloten, gelieve dan minstens één
minuut of meer te wachten om het gas in de leiding tot aan de waakvlam te
laten stromen.
2.
Verzeker dat tijdens het ontsteken van de waakvlam de verstelbare regel-
knop ononderbroken ingedrukt blijft tijdens het drukken op de ontsteek-
knop. De verstelbare regelknop kan worden losgelaten nadat de waakvlam
10-20 seconden aan is.
3.
De waakvlam kan bekeken en gecontroleerd worden via het kijkgaatje op de
basis van de branderkop. Wanneer de waakvlam niet brandt, of uit gaat, her-
haal dan stap c.
d)
Draai de verstelbare regelknop op LO en laat hem daar voor 5 minuten of
meer alvorens de knop op de gewenste temperatuurinstelling te draaien.
e)
Wanneer de vlam per ongeluk uit gaat of door de wind wordt uitgeblazen,
schakel dan de verwarmer uit en wacht ten minste 5 minuten of meer om
het aanwezige gas te laten verdwijnen alvorens terug te ontsteken, om een
mogelijke gasontploffing te vermijden. Herhaal stappen b tot d.
OM DE VERWARMER UIT TE SCHAKELEN
a)
D r a a i d e v e r s t e l b a r e r e g e l k n o p n a a r d e
WAAKVLAM-positie.
b)
Druk en draai de verstelbare regelknop naar de
UIT-positie.
c)
Sluit het ventiel aan de gasfles en/of de regelaar af
en koppel de gasfles af.
WAARSCHUWINGEN
•
Het volledige gassysteem, slang, regelaar, waakvlam en brander moeten
voor gebruik op lekken gecontroleerd worden. Ten minste één maal per
maand en telkens wanneer de gasfles vervangen wordt. Controleer de mon-
tage van de slang op tekens van overdreven wrijving, insnijdingen of slijta-
ge. Verdachte plaatsen moeten op lekken getest worden. Wanneer de slang
lekt moet ze vervangen worden met een nieuwe, conform de lokale norm.
Wanneer de slang tekenen van scheurvorming, splitsing of andere aantas-
ting vertoont moet ze door een nieuwe slang, van dezelfde lengte en van
een gelijkwaardige kwaliteit, vervangen worden.
•
Verzeker dat de ventilatieopening van de gasflesbehuizing, het regelcom-
partiment, de brander en doorgangen voor circulatielucht van de verwarmer
open en niet vervuild zijn. Wanneer vuil, spinnen of insectennesten gevon-
1
83