Afbeelding bij benadering
Voer bij FTP-SERVER de hostnaam resp. het IP-adres van de FTP-server in.
Voer bij GEBRUIKERSNAAM de gebruikersnaam voor de FTP-server in.
Voer WACHTWOORD uw wachtwoord voor de FTP-server in.
Voer de POORT van de FTP-server in. Standaard is poort 21 ingesteld.
Voer bij PAD de gewenste opslaglocatie op de FTP-server in waar de stilstaande
beelden moeten worden opgeslagen.
U kunt de passieve modus van de FTP-server ACTIVEREN of DEACTIVE-
REN door op het betreffende optieveld te klikken.
Controleer of de instelling is geslaagd via TESTBESTAND VERZENDEN
naar de opgegeven FTP-server.
Klik op de knop INSTELLINGEN OPSLAAN om uw instellingen op te
slaan.
10.3.4. Kantelen en draaien
U kunt de kantel- en zwenkmogelijkheden en bepaalde startposities naar wens in-
stellen.
Instellingen voor kantelen en draaien
Afbeelding bij benadering
Selecteer in het uitklapmenu bij SNELHEID KANTELEN/DRAAIEN de
optie 1 (langzaam), 2 of 3 (snel) van de netwerkcamera. Hiermee wordt de snel-
heid bij gebruik van de pijltoetsen in Live View weergegeven.
Selecteer in het uitklapmenu bij AFSTAND KANTELEN/DRAAIEN 1
(kleine afstand), 2 of 3 (grote afstand) van de netwerkcamera. Hiermee wordt
het bewegingstraject bij gebruik van de pijltoetsen in Live View weergegeven.
U kunt een AUTOMATISCHE KALIBRATIE ACTIVEREN of DEACTI-
VEREN door op het betreffende optieveld te klikken. Bij de automatische kali-
NL
FR
DE
GNU
35 van 166