Commando 0 - NOP
Het NOP- commando kan worden gebruikt voor testdoeleinden.
Denk er om, dat dit commando leidt tot een foutmelding (CMD=255) als
antwoord.
Commando 1 - Initialisering
De eerste relaiskaart bevat het adres dat in het frame als "adr." wordt verzonden.
In het antwoordframe geeft de informatie de versie van de microcontroller- software.
Na het verzenden van het antwoordframe geeft de controller een initialiseringscommando met
een met 1 verhoogd adres, en geeft dit door aan de volgende kaart (resp. terug aan de
stuurcomputer, als er maar één kaart is). De stuurcomputer ontvangt dus bij N aangesloten
relaiskaarten N+1 antwoordframes.
Commando's 2 - Ports lezen
Op dit commando volgt als antwoord bij "data" de binaire code van de relais, die zijn
ingeschakeld.
Dit commando heeft betrekking op de 8 relais van de kaart: bit 0 van de datawaarde
correspondeert met relais K1 (klem X1), bit 1 met relais K2 (klem X2) enz.
Zijn bijv relais K6, relais K5 en relais K1 ingeschakeld, dan is het antwoord 49 (binair
00110001).
Commando's 3 - Ports setten
Met dit commando worden onder "data" de binaire codes van de relais verzonden, die moeten
worden ingeschakeld.
Dit commando heeft betrekking op de 8 relais van de kaart. Bit 0 van de datawaarde
correspondeert met relais 1 (klem X1), bit 1 met relais 2 (klem X2) enz.
Indien bijv. relais K8, relais K6 en relais K3 ingeschakeld worden, dan moet bij data 164 (binair
10100100) worden verzonden.
Commando's 4 en 5 - Opties setten en lezen
Met deze commando's wordt onder "Optie" het gedrag bij broadcast- commando's ingesteld.
• Optie "broadcast enabled" (voorinstelling AAN):
Deze optie geeft aan, of de kaart broadcast-commando's uitvoert (AAN) of niet (UIT)
• Optie "block broadcast" (voorinstelling UIT):
Deze optie geeft aan, of de kaart broadcast-commando's doorgeeft (UIT) of een NOP-
commando doorgeeft aan de volgende kaart (AAN).
71