o
Draai het draaiknopje van het regelventiel zo ver mogelijk
tegen de wijzers van de klok in om de luchtstroming te
reduceren tot het minimum. Afb. 3.
o
Plaats het masker in de zak en pak de opening van de zak
vast zodat deze een afdichting rond de ademhalingsluchts-
lang vormt. Afb. 2.
o
Pak de stromingsmeter met de andere hand vast en houd
deze zodanig vast dat de meter loodrecht van de zak
omhoog wijst.
o
Lees de positie van de kogel in de buis af. De kogel moet
in lijn met of net boven de streep op de buis zweven.
Indien de minimumstroming niet wordt verkregen, controleer dan of:
• u de stromingsmeter goed rechtop houdt;
• de kogel onbelemmerd kan bewegen;
• de luchttoevoer niet wordt belemmerd door een knik in de slangen
of iets dergelijks.
3.3 Opzetten
Riem met regelventiel
• Doe de riem om en stel de lengte bij.
• Plaats het regelventiel dusdanig op de riem dat u er gemakkelijk
bij kunt voor de fijnafstelling van de luchtstroming en dat u de
ademhalingsluchtslang steeds binnen zichtbereik hebt. Hij mag
dus niet achter op uw rug zitten.
Filter
• Als het product moet worden gebruikt met een back-upfilter,
monteer dan het meegeleverde verloopstuk in de filterhouder en
plaats het filter. Afb. 1.
Masker – Dichtheidstest
Doe een dichtheidstest indien het masker moet worden gebruikt
met een back-upfilter:
• Bedek het filter met de afdekking. Zie 1.1 en afb. 1:c.
• Zet het masker op en houd het masker goed op zijn plaats.
Haal diep adem en houd uw adem ongeveer tien seconden in.
• Als de pasvorm in orde is, wordt het masker tegen uw gezicht
gedrukt.
Als u lekkage constateert, controleer dan de in- en uitademventielen
of stel de riemen van de hoofdband af. Blijf de pasvorm controleren
totdat u geen lekkage meer constateert.
Ademhalingsluchtslang/persluchttoevoerslang
• Sluit de ademhalingsluchtslang aan op de uitgang van het regel-
ventiel. Afb. 3.
• Rol de persluchttoevoerslang uit en zorg ervoor dat hij niet ver-
draaid is.
• Sluit de persluchttoevoerslang aan op de ingang van het regel-
ventiel. Afb. 4.
Masker – Pasvorm
• Haal de spanning van de vier elastische banden door de band-
houders in voorwaartse richting te bewegen en tegelijkertijd aan
de elastische banden te trekken. Afb. 5.
• Haal de spanning van de twee bovenste niet-rekbare banden
door de gespen te openen.
• Beweeg het hoofdharnas omhoog, plaats uw kin in het kinstuk
van het gezichtsgedeelte en trek het harnas over uw hoofd. Afb.
6.
• Trek de elastische banden paarsgewijs aan door de losse uiteinden
van de banden naar achteren te trekken. Afb. 7.
• Stel de pasvorm van het masker af aan uw gezicht tot het masker
stevig en comfortabel zit.
• Pas de lengte van de bovenste twee banden aan en zet ze vast
met de gespen.
Luchtstroming
• Pas de luchtstroming met het draaiknopje op het regelventiel aan
de huidige werksituatie aan. Afb. 3. In de volledig gesloten positie
(draai het knopje tegen de wijzers van de klok in) is de stroming
ongeveer 150 l/min. In de volledig geopende positie (draai het
knopje met de wijzers van de klok mee) is de stroming ongeveer
320 l/min.
58
3.4 Afzetten
a) Wanneer een back-upfilter wordt gebruikt
• Verwijder zo nodig de afdekking.
• Maak de persluchttoevoerslang los van het regelventiel. Zie
hieronder.
• Verlaat het verontreinigde werkgebied en zet de uitrusting af.
• Haal de spanning paarsgewijs van de vier elastische banden door
de bandhouders naar voren te bewegen. De twee niet-rekbare
banden hoeft u niet los te maken. Afb. 8.
• Trek de hoofdband voorwaarts over uw hoofd en zet het masker
af. Afb. 6.
b) Wanneer het schroefdeksel wordt gebruikt
• Verlaat het verontreinigde werkgebied en zet vervolgens de
uitrusting af. Zie hieronder hoe u de slangen losmaakt.
• Haal de spanning paarsgewijs van de vier elastische banden door
de bandhouders naar voren te bewegen. De twee niet-rekbare
banden hoeft u niet los te maken. Afb. 8.
• Trek de hoofdband voorwaarts over uw hoofd en zet het masker
af. Afb. 6.
De persluchttoevoerslang/ademhalingsluchtslang losmaken
Beide koppelingen zijn veiligheidskoppelingen die in twee stappen
dienen te worden losgemaakt. Afb. 9.
• Schuif de koppeling naar de nippel toe.
• Trek de sluitring achteruit.
4. Onderhoud
Het personeel dat verantwoordelijk is voor het onderhoud van de
apparatuur moet hiervoor opgeleid zijn en goed vertrouwd zijn met
dit soort werk.
4.1 Reinigen
Voor het dagelijks onderhoud raden we het reinigingsdoekje SR 5226
van Sundström aan. Bij ernstige vervuiling gebruikt u een warm
(max. 40 °C) sopje en een zachte borstel. Spoel na met schoon
water en laat drogen op kamertemperatuur. Desinfecteer indien
nodig de uitrusting met 70% ethanol of een isopropanoloplossing.
Ga als volgt te werk:
• Verwijder de adapter / het filter.
• Verwijder de kappen van de uitademkleppen en verwijder de
membranen (twee).
• Verwijder de inademmembranen (drie).
• Verwijder de hoofdband.
• Verwijder zo nodig het vizier. Zie hoofdstuk 4.4.2.
• Reinig volgens bovenstaande aanwijzing. Belangrijke plaatsen
zijn de uitademmembranen en de ventielzittingen, waarvan alle
raakvlakken schoon en onbeschadigd moeten zijn.
• Controleer alle onderdelen en vervang ze zo nodig.
• Zet het masker in elkaar als het droog is.
• Voer een dichtheidstest uit zoals beschreven in 3.3.
LET OP! Gebruik nooit oplosmiddelen om het masker te reinigen.
4.2 Opslag
Na reiniging dient het product droog en schoon op kamertemperatuur
te worden bewaard. Niet in direct zonlicht bewaren. De stromingsme-
ter kan binnenstebuiten worden gekeerd en als bewaarzak dienen.
4.3 Onderhoudsschema
Aanbevolen minimumeisen voor de onderhoudsprocedures zodat u
er zeker van kunt zijn dat het product altijd goed werkt.