Veiligheidsinstructies
Inbouw en montage van elektrische apparatuur
mogen alleen door een installateur worden uit-
gevoerd conform de geldende installatienor-
men, richtlijnen, bepalingen, veiligheids- en on-
gevallenpreventievoorschriften van het betref-
fende land.
Bij het niet naleven van de installatie-instruc-
ties kunnen schade aan het apparaat, brand of
andere gevaren optreden.
Gevaar voor elektrische schok. Voor de werk-
zaamheden aan het apparaat of de last loskop-
pelen. Houd daarbij rekening met alle installa-
tie-automaten, die gevaarlijke spanningen aan
apparaat of belasting leveren.
Gevaar voor elektrische schok. Het apparaat is
niet geschikt voor loskoppelen van belastingen
van de netspanning.
Gevaar voor elektrische schokken aan de
SELV- of PELV-installatie. Niet geschikt voor
schakelen van SELV/PELV-spanningen.
Slechts één motor per uitgang aansluiten.
Gebruik alleen aandrijvingen met mechanische
of elektronische eindschakelaars. Controleer
de eindschakelaar op correcte instelling. Houd
de specificaties van de motorfabrikant aan. Het
apparaat kan beschadigd raken.
Sluit geen draaistroommotoren aan. Het appa-
raat kan beschadigd raken.
Houd de instructies van de motorfabrikant aan
voor wat betreft de omschakeltijd en de maxi-
male inschakelduur (ID).
Deze handleiding maakt deel uit van het pro-
duct en dient in het bezit van de eindgebruiker
te blijven.
opbouw van het apparaat
(3)
C1/C9
C3/C11
C5/C13
C7/C15
auto 1
auto 2
(1)
C2/C10
C4/C12
C6/C14
C8/C16
1
2
(4)
(2)
(3)
Afb. 1: voorbeeld apparaatvariant 16-/8-voudig
(1) Schuifschakelaar auto1/auto2/
(2) KNX busaansluitklem
(3) Aansluitingen lasten
(4) Tekstveld
(5) Verlichte programmeertoets
(6) Bedieningstoets voor handmatige modus voor
telkens twee uitgangen met status-LED
Bij de varianten20-/10-voudig komt de opbouw
P
van het apparaat in principe overeen met die
van variant 16-/8-voudig.
Functie
Systeeminformatie
Dit apparaat is een product van het KNX-systeem
en voldoet aan de KNX-richtlijnen. Gedegen vak-
kennis door KNX-opleidingen wordt als voorwaar-
de gesteld. Planning,
installatie en inbedrijfstelling van het apparaat
worden uitgevoerd met behulp van KNX-gecertifi-
ceerde software.
2
Systemlink inbedrijfstelling:
i
De functie van het apparaat is afhankelijk van de
software. De software is te vinden in de product-
database. Productdatabase, technische beschrij-
vingen en conversie- en andere hulpprogramma's
vindt u altijd actueel op onze internetpagina.
Easylink inbedrijfstelling:
De functie van het apparaat is afhankelijk van de
configuratie. De configuratie kan ook met behulp
van speciaal voor de eenvoudige instelling en
inbedrijfstelling ontwikkelde apparaten worden
uitgevoerd.
Dit type configuratie is alleen met apparaten uit het
easylink-systeem mogelijk. Easylink staat voor een
eenvoudige, visueel ondersteunde inbedrijfstelling.
Hierbij worden voorgeconfigureerde standaard-
functies met behulp van een servicemodule aan
de in-/uitgangen toegekend.
Functiebeschrijving
Het apparaat ontvangt telegrammen van sensoren
of andere besturingen via de KNX-installatiebus en
schakelt met de onderling onafhankelijke relaiscon-
tacten elektrische verbruikers. De apparaten zijn
bijzonder goed geschikt voor capacitieve lasten en
zijn gedimensioneerd voor hoge inschakelstromen.
Juiste toepassing
- Schakelen van elektrische verbruikers 230 V
AC met potentiaalvrije contacten.
- Schakelen van elektrisch aangedreven motoren
230 V AC voor jaloezieën, rolluiken, markiezen
en soortgelijke installaties.
- Montage op DIN-rail conform DIN EN 60715 in
de onderverdeling.
Producteigenschappen
- Handmatige aansturing van de uitgangen op
het apparaat mogelijk, bouwplaatsmodus
- Statusindicatie van de uitgangen op het appa-
raat
- Scènefunctie
- Geforceerde stand via besturing van hoger ni-
veau
- Aansluiting van verschillende fasen mogelijk.
Functies in schakelaarbedrijf:
(6)
- Tijdschakelfuncties
Functies in rolluik-/jaloeziebedrijf:
(5)
- Positie kan direct worden ingenomen
- Lamellenstand direct aanstuurbar
- Terugmelding van bewegingstoestand, ophang-
positie en lammellenverstelling
- 3 alarmen
1/
2
Bediening
Handmatige modus in-/uitschakelen
Busvoedingsspanning is aanwezig.
z Schakelaar (1) in stand
De handmatige modus is ingeschakeld, de
uitgangen kunnen via de bedieningstoetsen (6)
onafhankelijk van elkaar worden aangestuurd.
1 schakelt de besturing van de uitgangen
C1 .. C8 (16-voudig) resp. C1 .. C10 (20-vou-
digg) in.
2 schakelt de besturing van de uitgangen
C9 .. C16 (16-voudig) resp. C11 .. C20 (20-vou-
digg) in.
In de handmatige modus is de besturing via de
P
KNX-bus uitgeschakeld.
Systemlink inbedrijfstelling:
P
afhankelijk van de programmering wordt de
handmatige modus permanent geactiveerd of
gedurende een via de applicatiesoftware gepa-
rametreerde tijd.
Wanneer de handmatige modus via de applica-
tie-software is geblokkeerd, wordt de activering
niet uitgevoerd.
Of:
z Schakelaar (1) in stand auto1/auto2 plaatsen.
De handmatige modus is uitgeschakeld. De
besturing verloopt uitsluitend via de KNX-bus.
De uitgang neemt de door de busbesturing
gegeven positie in. De schakelstatus wordt
door de status-LED van de bedieningstoets (6)
aangegeven.
Onder auto 1 wordt de status van de uitgangen
C1 .. C8 (16-voudig) resp. C1 .. C10 (20-vou-
dig) weergegeven.
Onder auto 2 wordt de status van de uitgangen
C9 .. C16 (16-voudig) resp. C11 .. C20 (20-vou-
dig) weergegeven.
Uitgangen in handmatige modus bedienen
De bediening volgt per uitgang door herhaaldelijk
kort indrukken van de bedieningstoets (tabel 1).
VooRZICHTIG!
Gevaar voor beschadiging door tege-
lijkertijd indrukken van de toetsen
voor oMHooG en oMLAAG bij aan-
sluiting van een motor in ongepro-
grammeerde toestand van het appa-
raat!
Motoren, installties en apparaten
kunnen beschadigd raken!
Bij ongeprogrammeerde apparaten
altijd slechts één toets in handmatige
modus bedienen.
Toestand
Schakelmodus
De belasting is
uitgeschakeld.
Status-LED van de
toets (6) is uit
Belasting is inge-
schakeld, status-
LED van de toets
(6) brandt
Rolluik-/jaloeziemodus
Uitgang is in de
rusttoestand,
status-LED van
toets (6) is uit
Uitgang actief,
status-LED van de
1/
2 schuiven.
toets (6) brandt.
Gedrag bij
korte toetsbediening
INschakelen van de aanges-
loten belasting. Status-LED
van de toets (6) brandt
UITschakelen van de aan-
gesloten belasting. LED
gaat uit.
Beweging start. Status-LED
van de toets (6) brandt.
Wanneer het rolluik/de
P
jaloezie zich in de eind-
stand bevindt, dan moet
de tegenoverliggende
toets worden ingedrukt,
om het rolluik/de jaloezie
te bewegen.
Beweging stopt, LED gaat
uit.
Tabel 1: handmatige modus