Bij het maaien van gras en het
opschonen van jonge aanplant met het
apparaat net als met een zeis, vlak
boven de grond, werken.
Voor het snoeien van wildgroei en
struikgewas het slagmes van bovenaf in
de plant 'steken' – het snijgoed wordt
verhakseld – hierbij het snijgarnituur niet
boven heuphoogte houden.
Bij deze werktechniek moet uiterst
voorzichtig te werk worden gegaan. Hoe
groter de afstand van het snijgarnituur
ten opzichte van de grond, des te groter
is het risico dat er materiaal opzij wordt
geslingerd – kans op letsel!
Attentie! Bij onjuist gebruik kan het
slagmes worden beschadigd – kans op
letsel door weggeslingerde delen!
FR 410 C
Om de kans op ongelukken te
reduceren, het volgende beslist in acht
nemen:
Contact met stenen, metalen
–
voorwerpen en dergelijke
voorkomen
Geen hout of struikgewas met een
–
diameter van meer dan 2 cm
doorsnijden (zagen) – voor grotere
diameters gebruikmaken van een
cirkelzaagblad
Het slagmes regelmatig op
–
beschadigingen controleren – een
beschadigd slagmes niet verder
gebruiken
Het slagmes regelmatig en als het
–
merkbaar bot is geworden volgens
voorschrift slijpen en – indien nodig
– balanceren (STIHL adviseert dit
door de STIHL dealer te laten
uitvoeren)
Nederlands
11