Black & Decker BEMWH551 Mode D'emploi page 50

NEDERLANDS
Probeer nooit de wielhoogte aan
u
te passen terwijl de motor draait of
terwijl de veiligheidssleutel zich in de
behuizing van de schakelaar bevindt.
Schakel de luchtkussenmaaier, als
u
deze vastloopt, uit door de handgreep
los te laten, wacht tot het maaiblad
tot stilstand komt, en probeer
vervolgens pas de blokkering van de
uitwerpopening te verwijderen of iets
van onder het maaimechanisme weg
te halen.
Blijf met uw handen en voeten weg uit
u
het maaigebied.
Houd maaibladen scherp.
u
Draag altijd handschoenen bij het
hanteren van het maaimes van de
luchtkussenmaaier.
Als u de grasopvang gebruikt, moet u
u
deze regelmatig controleren op slijtage
en beschadigingen. Als de grasopvang
ernstig is versleten, moet u deze voor
uw eigen veiligheid vervangen.
Ga zeer voorzichtig te werk wanneer
u
u de luchtkussenmaaier achteruit laat
rijden of naar u toe trekt.
Kom niet met uw handen of voeten bij
u
of onder de luchtkussenmaaier.
Blijf altijd uit de buurt van
uitwerpopening.
Maak het gebied waar u de
u
luchtkussenmaaier gaat gebruiken vrij
van voorwerpen zoals stenen, stokken,
draad, speelgoed, botten, enz. Deze
kunnen door het maaiblad worden
weggeslingerd.
50
(Vertaling van de originele instructies)
Voorwerpen die door het blad
worden geraakt, kunnen ernstige
verwondingen toebrengen aan
personen. Blijf achter de handgreep
wanneer de motor draait.
Werk niet op blote voeten met de
u
luchtkussenmaaier en niet wanneer
u sandalen draagt. Draag altijd stevig
schoeisel.
Trek de luchtkussenmaaier alleen
u
achteruit wanneer dat echt niet anders
kan. Kijk altijd omlaag en achter u
voordat en terwijl u achteruit loopt.
Richt uitgeworpen materiaal
u
niet op iemand. Zorg ervoor dat
uitgeworpen materiaal niet tegen
een muur of obstakel komt. Het
materiaal kan terugkaatsen naar
de gebruiker. Schakel, wanneer
u op grindoppervlakken stuit, de
luchtkussenmaaier uit door de
starthandgreep los te laten, en laat het
blad tot stilstand komen.
Gebruik de luchtkussenmaaier
u
niet zonder dat de volledige
grasopvang, het uitwerpscherm, de
achterste beschermkap en andere
veiligheidsvoorzieningen op hun plaats
zitten en goed functioneren. Controleer
regelmatig dat alle beschermkappen
en veiligheidsvoorzieningen in goede
staat zijn, dat ze de functie vervullen
waarvoor ze zijn bedoeld.
Vervang een beschadigde
beschermkap of andere
veiligheidsvoorziening voordat u de
grasmaaier weer gebruikt.