2 Installatie
Verpakkingsversteviging
verwijderen
Kantel de machine om de
verpakkingsversteviging te verwijderen.
Verwijder de verpakkingsversteviging door aan
het lint te trekken.
De transportvergrendelingen
openen
De transportbeveiligingsbouten moeten
A
worden verwijderd voor de machine in
werking wordt gesteld. Anders zal de
machine beschadigd worden!
1. Maak de bouten los met behulp van een
moersleutel tot ze vrij kunnen draaien "C"
2. Verwijder de transportbeveiligingsbouten
door ze zachtjes te draaien.
3. Plaats de dopjes (meegeleverd in de zak
met de gebruikershandleiding) in de gaten
op het achterpaneel. ("P")
C
Bewaar de transportbeveiligingsbouten op
een veilige plaats om ze opnieuw te kunnen
gebruiken voor een toekomstig transport.
C
Verplaats het toestel nooit zonder de
transportbeveiligingsbouten goed op hun
plaats te hebben bevestigd.
Poten afstellen
A
Gebruik geen gereedschappen om de
contramoeren los te draaien. Anders
kunnen deze worden beschadigd.
1. Draai de contramoeren op de pootjes met
de hand los.
2. Verstel ze tot de machine waterpas en
stevig staat.
3. Belangrijk: Draai alle contramoeren terug
stevig vast.
De watertoevoer aansluiten
Belangrijk:
• De watertoevoerdruk die vereist is om de
machine te laten werken is 1-10 bar (0,1 –
1 MPa).
• Sluit de speciale slangen geleverd bij de
machine aan op de waterinlaatkleppen op
de machine.
17 - FL
• Ten einde waterlekken te vermijden
die zouden kunnen optreden aan de
aansluitpunten, zijn er rubberen dichtingen
(4 dichtingen voor de modellen met
dubbele watertoevoer en 2 dichtingen voor
andere modellen) op de slangen geplaatst.
Deze dichtingen moeten worden gebruikt
aan het kraanuiteinde en aan het machine-
uiteinde van de slangen. Het platte uiteinde
van de slang voorzien van een filter moet
worden aangesloten aan de kraan en het
ellebooguiteinde moet worden aangesloten
op de machine. Draai de moeren van de
slang stevig met de hand dicht, gebruik
nooit moersleutels om de moeren dicht te
draaien.
• Modellen met enkele watertoevoer,
mogen niet worden aangesloten op de
warmwaterkraan.
Wanneer het toestel terug op zijn plaats
wordt gezet na onderhoud of reiniging, moet
ervoor gezorgd worden dat de slangen niet
gevouwen, plat gedrukt of geblokkeerd
worden.
De afvoer aansluiten
De waterafvoerslang kan over de rand van
een wasbak of badkuip worden bevestigd. De
afvoerslang moet stevig in de afvoer geplaatst
worden zodat deze niet uit zijn behuizing
springt.
Belangrijk:
• Het einde van de afvoerslang moet
rechtstreeks worden verbonden op de
afvalwaterafvoer of op de wasbak.
• De slang moet worden bevestigd op een
hoogte van minstens 40 cm en hoogstens
100 cm.
• In het geval de slang omhoog gebracht
wordt nadat ze op grondniveau of dichtbij
de grond lag (minder dan 40 cm boven
de grond), kan de waterafvoer moeilijker
worden en het wasgoed nat uit de machine
komen.